ARGENTINIË:
Maart 2006

Martine,
Lieven, Martin, Tienne
Deze
keer trek ik op tournee met vrouwe Martine (La Martina)
en de vrienden Lieven (Tjeefken) en Johan (Tienne of Vrees), allebei
verstokte vrijgezellen. Voor Lieven en Johan is het hun vuurdoop:
ze vertrekken voor de eerste maal op dergelijke reis.
Weken op voorhand begon de vraag over welke sportzak of welke
rugzak, welke trekkingschoenen, welke trekkingbroek. Tot we in
AS Adventure ons goesting vonden. Daarna geven Martine en ik tips
in zo weinig mogelijk bagage meedoen.
De pre-reisperiode is voor mij altijd een aangename periode. Ik
zoek vooraf altijd een aantal dingen op, leg het rittenschema
vast en boek soms motels/hostels op drukke plaatsen. Weken zoek
ik op Internet, lees ik reisbrochures van gespecialiseerde reisburo's
en pluis ik de Lonely Planet uit. Daaruit distilleer ik dan mijn
reis met de te bezoeken plaatsen. De vakantie duurt meestal een
3-tal weken. In feite maken we een wereldreis
jaarlijks
in stukjes van drie weken. Ik laat niet veel aan het toeval
over omdat je niet al te veel tijd mag verliezen op 3 weken. Het
zijn meestal reizen waar je vermoeider thuis komt dan je vertrokken
bent. Maar het hoofd is leeg, en je kan er terug een tijdje tegenaan
volle
lijn is autorit langs Ruta 40
stippellijn zijn binnenlandse vluchten
In
het verslag hierna wordt de overnachtingskost incl ontbijt vermeld
(per kamer/per nacht). We slapen per twee in aparte kamers. Als
er ergens pesos vermeld worden, deel dan gemakkelijkshalve door
drie om euros te verkrijgen (1€ = 3,5 pesos).
Dag 1 -----Donderdag 9 maart -----Landegem
- Madrid
De
feitelijke start van de reis is Deinze-stoasse waar we
rond 16u de trein nemen die ons rechtstreeks afzet in de catacomben
van de luchthaven. Treinen is altijd een beetje reizen, zeker
voor onze twee companen Lieven en Tienne voor wie het al 20 jaar
geleden is dat ze nog eens gespoord hebben. We komen ruimschoots
op tijd toe in Zaventem alwaar we nog een pintje drinken in het
panoramacafé. In de vooravond vliegen we dan naar Madrid
en nemen daar om middernacht de rechtstreekse vlucht naar Buenos
Aires.
Dag 2 -----Vrijdag 10 maart-----
- Madrid - Buenos Aires - Bariloche
We slapen in Hosteria Ciervo Rojo (30 € per k/ per n)
We
vliegen met een eivolle Airbus 340-600. Een leuke nieuwigheid
voor de passagiers is de camera die vanop het topje van de staartvleugel
van het toestel beelden doorzendt naar het TV-scherm binnenin
de cabine en zo ziet iedereen vanuit zijn luie zetel het toestel
taxiën naar de startbaan en opstijgen. Wreed wijs.
Eén nacht-met-slaappil verder toont diezelfde camera ons
hoe de piloot het toestel doet landen in Buenos Aires. We voelen
ons als in een cockpitsimulator. En het is door het zien van de
touchdown op het TV-scherm dat de passagiers spontaan in de handen
klappen
en nogmaals 10 seconden later
als we uit
de keuken een bak vol met glas op de grond horen donderen als
gevolg van het afremmen van het toestel.
We landen s'morgens om 8u op de internationale luchthaven Ezeize
van Buenos Aires, na een vlucht van 11h en 50'. We nemen de shuttle
bus van Manuel Tienda Léon naar de andere luchthaven van
B. Aires - Aeroparque - die enkel binnenlandse vluchten
bedient. De bus van Manuel rijdt dwars door B. Aires en dan een
eindje langs de oevers van een zeer brede Rio de la Plata (River
Plate) die een diarree-bruine kleur vertoont. Niet van de vervuiling
maar van sedimenten. Een uur en 40 min later om 11h s'morgens
worden we netjes afgezet aan Aeroparque en er valt ons meteen
op hoeveel politiemensen er aan de ingangsdeuren staan. We gaan
binnen en zien nog meer veiligheidsmensen, filmmensen, camera's,
media. Welke president of welke filmster moet er hier toekomen,
denken we. Maar we dwalen, want dan begint een klein beetje de
hel
de hel?
Al
die media- en politieaandacht is er niet voor een VIP in aantocht
maar omwille van een
staking. Uitgerekend vandaag is
er staking van de piloten en het grondpersoneel van onze luchtvaartmaatschappij
Aerolineas Argentinas. We vangen op dat het personeel staakt
in verband met onbetaalde lonen. Gans de check-in zaal loopt
(foto links) stampvol met zenuwachtige mensen die allemaal
op hun vliegtuig willen naar de meest diverse binnenlandse bestemmingen.
Ons gebrek aan Spaans wordt hier pijnlijk duidelijk want we
begrijpen te weinig van wat er omgeroepen wordt.
Ik bel naar het AVIS-kantoor in Bariloche - onze eindbestemming
vandaag - dat ze onze wagen misschien pas morgen kunnen leveren
wegens de staking. "Si, senor", antwoordt die meneer,
maar ik twijfel of hij mij echt verstaan heeft. Ik bel ook naar
ons hostel in Bariloche met dezelfde boodschap en die zegt ook
"si, senor". Een lichte vorm van stress slaat toe.
We posteren ons in de check-in rij. Plots is er een enorm applaus
als vanuit een zijdeurtje alle grondpersoneel te voorschijn
komt en achter de check-in balies plaatsneemt. Oef, zeggen we,
maar na een uur staan we nog geen meter dichter. De check-ins
werken traag en iedereen loopt op de toppen van zijn tenen.
We worden afgesnauwd door medepassagiers als we een paar plaatsen
willen zeuren. Help
we moeten iets doen!!
We trekken onze stoute schoenen aan. Tienne en ik lopen de rijen
voorbij en gaan rechtstreeks naar de check-in desk. Ge kent
da, zo'n beetje van krommen aas gebarend, de reisleider
uithangend, van niets weten, een ontredderde indruk geven, als
arme dutskes die geen Spaans kunnen. Maar het werkt!
Want na een halfuurtje tactisch geduw en muilengetrek staan
we voor de check-in en geeft het juffrouwken ons vier instapkaarten.
Een stootje adrenaline komt in onze aderen tercht; we krijgen
terug wat hoop. Ondertussen duwen Lieven en Martine van achter
een paar rijen onze bagage tussen de mensen door. We ploffen
de zakken op de rolband om te labelen. We zijn gered, denk ik
. maar vraag ik, wanneer vertrekt onze vlucht? "I
don't know", zegt dat zelfde ieffrouwken. Hoe wilde
zeggen, denk ik. We moeten naarboven zegt ze, "to the gates"
en daar van de schermen aflezen wanneer de vlucht effectief
zal vertrekken. Het is inmiddels 14h 30 als we naar boven vertrekken
waar we op die 'departure'-schermkes onze vlucht van
12h50 ge-delayed zien tot 18h30.
Allé, na een aantal cola's, sandwichen en een stressbad,
zitten we om 19h in de lucht richting Bariloche. Het ziet er
godzijdank weer redelijk goed uit.
De
AVIS-kerel heeft me blijkbaar toch verstaan en zonder moeite halen
we onze huurwagen af waarmee we dwars door Patagonië gaan
rijden om hem 5 dagen later terug af te leveren diep in het zuiden,
in El Calafate. We zoeken en vinden ons hostel en kruipen redelijk
gewillig in ons piere.
Dag 3 -----Zaterdag 11 maart -----Bariloche
en omgeving
We slapen in Hosteria Ciervo Rojo (30 € per k/ per n)
Als
twee gedisciplineerde teams komen we om 7h s'morgens tesamen aan
het ontbijtbuffet. Driekwartiers later rijden we Bariloche
uit voor een rit op de Ruta de los Siete Lagos (Route van
de Zeven Meren). Dit is een
loop van 350 km, waarvan de helft onverhard, dwars door de Andes.
De route loopt door twee nationale parken: Lanin en Nahuel
Huapi. We rijden de tocht in tegenwijzerzin.
De eerste helft rijden we naast een dampende Rio Limay en de damp
blijkt een soort nevelsliert te zijn die de rivier mooi volgt.
Een prachtig zicht vanaf de weg. We nemen linksaf de weg richting
San Martin de los Andes. De onverharde weg is ruw en slingert
zich stilaan steigend over de Cordoba pas (foto links).
Hij wordt smaller en smaller met veel blinde bochten.
Zoals de naam van de route aangeeft, komen we 7 bergmeren tegen,
elkaar opbiedend om ter blauwst. Eens rijden we op 'meerniveau'
dan gaat het weer steil omhoog door de bossen. De onverharde weg
wordt nog slechter van kwaliteit en we halen op bepaalde stukken
geen 30 km/u. In de verte zien we de Andespieken. We kregen gisteren
van het AVIS kantoor een 4 x 4 jeep omdat de door ons gereserveerde
Toyota Corolla niet meer beschikbaar was. Een zeer gelukkig feit
want dit beestje verdraagt toch iets beter de slechte wegen. We
laten Lieven filmen, al rechtstaande, door het open dak. Naast
de genoemde natuurelementen zien we ook enkele bepakte en bezakte
fietsers. Rijden op zulke wegen met zulke steile stukken, waar
we zelfs de auto in eerste versnelling moeten leggen, is niet
evident.
La
Agostura is het eindpunt van de route en we doen onze inkopen
in supermercado Uno. Zo kunnen we picknicken langs de oevers van
het Nahuel Huapi meer en wat zon opslaan op het strand. Wèl
met onze fleecevest aan want de wind maakt de gevoelstemperatuur
fris. Vanuit La Agostura rijden we terug naar Bariloche aan de
oevers van hetzelde Nahuel H. meer,
en door zijn steile straten onvermijdelijk beelden oproepend van
San Francisco.
Het is nu late namiddag en we besluiten om het Circuito Chico
te rijden, een panoramische loop van 60 km net buiten Bariloche.
Het circuito laat ons op zijn hoogste punt het mooiste uitzicht
(foto rechts) zien van de dag. We zien het Nahuel H. meer
met zijn Victoria eiland, de cerro's (bergpieken) die uit het
meer rijzen en de vooravondzon die het meer doet glinsteren. Beneden
aan de voet zien we Llao Llao (ginds uitgesproken als Show
Show), een trendy badplaats.
We maken ons op voor de lange rit van morgen en kruipen vroeg
in ons bed. De jetlag zit nog in ons lijf.
Sprokkels:
- Achteraf blijkt dat de ontbijten in dit hostel de beste waren
van heel de reis. Daar waar iedereen geroosterd brood met confituur
en choco serveert, geven zij een ontbijtbuffet met redelijk
veel keuze.
- Hoewel we op de 7-meren route hooguit een paar auto's tegenkomen,
moet het toch wel lukken dat een onverlaat aan hoge snelheid
plots uit één van die blinde bochten komt en me
op de smalle weg rakelings voorbijzoeft en daarbij mijn linker
zijspiegel kapot rijdt. De nieweird.
Dag 4 -----Zondag 12 maart -----Ruta
40 - Bariloche naar Perito Moreno
We slapen in Hotel Americano (12 € per k/ per n)
De
dag begint even vroeg als gisteren met een geanimeerd gesprek
aan de ontbijttafel over de kak. Maar al vlug gaan onze gesprekken
over de rit van vandaag van 810 km over de legendarische
Ruta 40 (uitspreken als 'roeta kwarenta'), dwars door Patagonië.
Stuk 1: Bariloche - El Bolson (122 km)
Dit deel van de weg slingert zich door brede valleien, langsheen
steile cerro's (bergpieken), omhoog, omlaag, langs meren. We nemen
wel een valse start door een lokale baan te nemen uit Bariloche
richting El Bolson en zo op een zeer ruwe onverharde weg terecht
te komen. Gelukkig komen we 5 km verder terug op de hoofdweg terecht.
Stuk 2: El Bolson - Esquel (170 km)
We verlaten de prachtige groene natuur-met-bergen-en-meren uit
stuk 1 en komen meer en meer terecht in the typische Patagonië-landschap.
Sommige stukken baan zijn kaarsrecht en zeer lang met houten electriciteitspalen
langs de weg.
Stuk 3: Esquel - Gobernador Costa (170 km)
De Ruta 40 is nog altijd verhard maar we zien meer en meer het
bord 'detoriades' verschijnen of vrij vertaald als: pas op veel
putten in de weg. De R40 wordt een echt lappendeken van goede
stukken afgewisseld met ruwe stukken asfalt vol met gaten. Op
dit stuk is de overgang van groen en water naar dor en droog volledig
voltrokken. Groen zie je enkel nog in oasen en langs de oevers
van rivieren. We zien naast de grassteppes ook prachtige gekleurde
bergketens.
Stuk 4: G. Costa - Rio Mayo - Perito Moreno (350 km)
We
verlaten G. Costa en nemen de Ruta 20 in plaats van de onverharde
Ruta 40. De R20 loopt evenwijdig met de R40 maar is wel verhard.
Het landschap wordt desolater en het begint ook te regenen. Ergens
middenin dit stuk worden we gedurende vele km's omgeleid omdat
er wegenwerken aan de gang zijn. De omleiding is het meest ruwe
stuk weg die we bereden hebben tot nu toe: we halen geen 30 km/u.
We rijden in de late namiddag Rio Mayo binnen, een kazernestad.
Alle straten zijn onverhard en wat een triestige aanblik biedt
dit plaatsje. We tanken nogmaals vol en moeten nu nog 135 km volmaken
tot in Perito Moreno. En vanaf hier laat de Ruta 40 zijn ware
gelaat zien: de slechte tarmac wordt geruild voor onverharde wegen
(foto boven). Het worden spannende laatste 2 uren. De keien
geselen onze carrosserie en ons chassis. Inmiddels zijn er helemaal
geen bergen meer te bespeuren en is de grassteppe vlak tot aan
de einder. Er is eigenlijk niets te zien maar toch zoveel mooie
natuur te bewonderen, hoe
raar dit ook mag klinken. De lucht is even ruw met wolken in alle
grijsschakeringen vermengd met blauwe strepen lucht. We zien een
vos, een gestrande vrachtwagen en enkele pick-ups die ons voorbijrijden
als we een foto/film/plaspauze nemen langs de wegkant. Hun stofwolken
verraden het traject van de ruta 40. We zijn dooreengerammeld
als we na een rit van 11 uur, in de vooravond aankomen in Perito
Moreno, een boerengat in de Patagonische grassteppe, en een
hotel zoeken.
S'avonds krijgen we tekst en uitleg over onze trip van morgen
naar Cueva de las Manos van een bejaarde Duitser die ook in ons
hotel vertoeft. Ondertussen steekt een sterke wind op.
Sprokkels:
- Lieven krijgt af en toe t'zotte, een soort virale infectie
die een zekere mate van simpelheid-in-t'hoofd teweegbrengt en
van de man een komiek maakt. De oorzaak van dit fenomeen is
ons alsnog onbekend.
- We zien grote vogels zitten op palen van de omheiningen die
de steppe scheidt van de weg. Die vogels vliegen niet op als
we passeren maar lijken te denken van: 'zijt g'hier bijna weg
met al uw lawaai, stomme toerist'. We noemen ze paalkiekens.
- Af en toe zien we lifters opduiken langs de kant van de weg
in dit niemandsland en mijlenver van de bewoonde wereld. We
vragen ons af hoe ze daar terecht komen, wie ze zijn en waar
ze naartoe gaan. Ik schrijf Jambers aan om dit uit te vissen.
- Sommige plaatsen staan met een bolletje aangeduid op de wegenkaart
maar blijken in werkelijkheid niet meer te zijn dan de naam
van een ranch ('Estancia' in het Spaans). En dan zie je de ranch
en meer niet. We rijden soms een plaatsnaambord voorbij maar
zien helemaal geen bewoning!?? Dan vermoeden we dat de bewoning
dieper inlands ligt.
Dag 5 -----Maandag 13 maart -----Ruta
40 - Canyon Pinturas en Cueva de las Manos
Slapen in Estancia Los Toldos (75€ per k/n)
We
rijden s'morgens vroeg Perito Moreno buiten in een stralende zon
en worden tegengehouden door de politie. In een Spaanse waterval
vragen ze allerlei dingen en we vangen de woorden 'documente'
en 'passport' op. Maar alles is in orde.
De Ruta 40 is een heel stuk verhard als we verder rijden en maar
heel recent aangelegd. De regering wil tegen 2007 het volledig
traject van de ruta 40 geasfalteerd hebben en daarmee zijn ze
nu al druk bezig. Na 20 km begint definitief het onverharde deel
met een 'echte' ruta 40 die uw rug, de auto op de proef stelt.
In tegenstelling tot gisteren rijden we terug door een heuvelzone
met brede valleien. Achter iedere heuveltop gaat een nieuw zicht
schuil en zien we een slingerende ruta 40 die een litteken trekt
door het landschap. We zien ook dat de wegenwerken een volledig
nieuw tracé uittekenen voor de ruta 40, het oude traject
latend voor wat het is.
Na
60 km moeten we linksaf richting Estancia Los Toldos. En
7 km verder zien we onze slaapplaats voor vandaag, een Argentijnse
ranch die kamers verhuurt aan toeristen. We laden onze bagage
af en vertrekken van hieruit naar het doel van vandaag: De Cueva
de las Manos gekoppeld aan de Pinturas Canyon. We rijden nu op
een aardepiste, de laagste categorie van kwaliteit van wegen na
'verhard' en 'onverhard' (of 'ripio' in het Spaans). Het
is niet meer dan een piste (foto links) die na 18 km zwoegen,
eindigt aan de noordkant van de canyon. Hier begint onze namiddagtrek
naar beneden (zeer steil) om dan via een voetgangersbrugje de
Rio Pintura over te steken naar de zuidkant waar we terug omhoog
trekken naar de fameuze Cueva de las Manos, een Unesco
Werelderfgoed site. Het is een grot waar op de rotsen handafdrukken
staan, daterend uit de voorhistorie zo'n 7.000 jaar voor Christus.
Deze voorhistorische kunst is wel leuk maar de Rio Pinturas
Canyon is veel mooier (foto onder). We dalen deze keer
de zuidkant naar beneden tot aan de canyonvloer, steken de rivier
blootvoets over met het koude water tot aan onze knieën (foto
onder: Lieven en Martine) en genieten op een echte zandbank
van de zon, de natuur, de canyonwanden. We vieren er ook mijn
verjaardag. Langs hetzelfde pad waar we afgedaald zijn, klimmen
we terug uit de canyon (zeer steil en lastig) tot boven op het
plateau waar onze auto staat.
En nog kunnen we niet genoeg krijgen van het landschap want we
besluiten om met onze 4x4 een andere piste te nemen vanuit de
estancia die echter na een tijdje zo steil naar beneden duikelt
in een andere canyon en zo ruw is, dat we stoppen en rechtsomkeer
maken.
Het weer blijft zonnig met veel wind. De temperatuur schommelt
steeds tussen de 10° en de 15°.

Sprokkels:
- Lieven slaat terug in t'zotte. Ook vindt hij de dienster
in Los Toldos een goe jonk.
- Op één van de heuveltoppen langs de R40, waar
we nog maar eens uitstappen om het landschap te bewonderen,
passeren ons moto's. Ook zij stoppen
en het blijkt een bont gezelschap van Nederlanders, Amerikanen,
Taiwanezen die een georganiseerde mototrip maken dwars door
Argentinië.
- Eén van die motorijders, een Nederlander, kent Gent,
zegt hij. Hij heeft destijds in Gent zijn broer bezocht in
de Nieuwe Wandeling. Maar, voegt hij er rap aan toe, hij heeft
maar 3 maanden gezeten. "Voor de rest alles goed met de
familie?", vraag ik hem. Hij meesmuilt wat en stapt terug
op zijn moto.
- Vandaag verjaar ik en mijn reisgenoten schrijven mijn verjaardag
in het zand van de zandbank in de Pinturas Canyon opgefleurd
door een krachtig 'happy birthday to you'
Dag 6 -----Dinsdag 14 maart-----
Ruta 40 - Perito Moreno Nationaal Park
We slapen in Estancia La Oriental (60 € per k/ per n)
Estancias
Estancias
zijn hoeven of ranches waar er naast de boerenactiviteit (veehouderij
door Gaucho's) ook slaapplaatsen aangeboden worden aan toeristen.
Zo'n beetje te vergelijken met hoevetoerisme of chambres d'hôte.
De kamers zijn proper en ruim en het avondeten zeer verzorgd.
Overdag is er geen electriciteit; die wordt pas s'avonds geleverd
door eigen generatoren (nen groep). Telefoneren kan niet
want er is geen telefoonlijn noch GSM-palen. Er wordt gecommuniceerd
via de radio. Je mag niet vergeten dat die estancias afgelegen
liggen, zeer afgelegen. De estancias liggen verspreid in gans
Patagonië en staan zelfs op de wegenkaarten. Nochtans,
als je een plaatsnaambord op de ruta 40 passeert met de naam
van de estancia, dan zie je ze meestal niet. Ze liggen ergens
achter/tussen heuvels weggestoken. Zo passeer je tefrente
estancias zonder ooit iets te zien.
We
nemen afscheid van de sympathieke équipe van Estancia Los
Toldos en hernemen onze tocht op de ruta 40 voor een volgende
stretch van 270 km onverhard. En de wegenwerken zijn nog
niet tot hier geraakt; alles is nog in 'originele' staat. Vandaag
is er veel afwisseling met heuvelpartijen, brede valleien en ook
totaal vlakke stukken zover je kan kijken. De begroeiing is steeds
dezelfde al twee dagen lang: kort, stekelig gras. Op de betere
stukken (de fijne gravelstukken) halen we 80 km/u; op de ruwere
stukken daalt onze gemiddelde snelheid drastisch.
We naderen Baja Caracoles. We passeren eerst het vliegveld
eh, eh, een strip van enkele honderden meters afgevlakte
grond met twee roeste vaten aan het begin en twee enkele honderden
meters verder aan het einde van de landingsstrip. Maar we zien
noch vliegtuigen, noch gebouw. Twee km verder rijden we het dorpje
binnen en tanken vol. Verder is er niets te beleven, zelfs geen
sandwichken te koop. We rijden verder en de Ruta 40 wordt smaller
en ruwer. We voelen ons in t'herte van Patagonië en
zo gaat het nog 109 km verder in dit onbevolkt en eindeloos gebied
tot aan de afslag naar het Perito Moreno Nationaal
Park (foto links). We doen nog zo'n twee uur
over 98 km tot aan Estancia La Oriental, temidden het park. Hier
zijn ze duidelijk overgeschakeld van het middengebergte langs
de ruta 40 naar de sneeuwbedekte pieken van de Andes met bergmeren
in alle blauwe tinten. We zitten ook niet ver van de Chileense
grens.
De verwelkoming in La Oriental is hartelijk door kranige
oma (Gladys) en schoondochter. Het is inmiddels 14h en we moeten
voortmaken want we hebben een klim gepland naar de top van de
1.434 m hoge Cerro Leon van waar je volgens Lonely Planet
een 'dazzling panorama' hebt over het park. We hebben al voor
minder gekwijld, dus wijle weg. Het
wordt de meest bizarre klim die ik ooit maakte. Er is vooreerst
geen pad te vinden, dus beginnen we maar te klimmen in t'wilde
weg. We zoeken ons suf naar een pad maar vinden iets en niets.
De klimtrek wordt een beetje doelloos. We belanden in een bosje
op de flanken en geraken er maar niet uit. Uiteindelijk toch wel
maar de top ligt nog een paar honderd meter hoger. Er is echter
geen tijd meer, dus moeten we terug naar beneden voor den donker.
Ondertussen hebben we de top niet nodig gehad om vanop de flanken
halverwege de klim, een dazzling panorama te zien van de omliggende
besneeuwde pieken en van het Belgrano bergmeer met zijn
vele tinten blauw (foto rechts). We willen langs een andere
weg terugkeren maar verslikken ons want de kliffen zijn te steil
om naar beneden te gaan. Dus terug naar af en we keren ongeveer
langs hetzelfde traject terug. Het begint dan ook nog te regenen.
We komen toe in La Oriental om 18h30 en Gladys zet onmiddellijk
koffie en thee. Ze heeft al zelfs de gasvuurtjes aangestoken in
onze slaapkamers! Een goe jonk. We eten terug heel lekker
en spenderen onze avond voor het haardvuur terwijl de Patagonische
wind buiten te keer gaat.
Dag 7 -----Woensdag 15 maart -----Ruta
40 - El Calafate 480 km
We slapen in Hostel America del Sur (50 € per k/ per n)
We
kunnen pas om 8h30 ontbijten, vrij laat met zo'n lange rijdag
voor ons. Om 9h rijden we weg van Gladys' team, maar eerst tanken
we
uit jerrycans. Enkel klanten van La Oriental kunnen
tanken en dat is nodig. Hadden we niet kunnen tanken in het park
dan moesten we het simpelweg links laten liggen want de actieradius
van onze Suzuki Grand Vitara 4x4 is korter dan de afstand tussen
de benzinestop in Baja Caracoles en Tres Lagos.
Het
stuk om uit het Perito Moreno Park te rijden is zeer slecht en
dan prijzen we ons gelukkig dat we van Avis een 4x4-tje gekregen
hebben in plaats van het Corolla-tje. Na 98 km pistewerk komen
we aan het kruispunt met de Ruta 40 en start zo dag 3 van de ontdekkingstocht
langsheen de Ruta 40. 234 km verder in Tres Lagos zal onze volgende
benzinestop zijn. We kruisen vandaag onze eerste auto na 2 uur
rijden en onze tweede nog een uur n'half later. Als we hier serieuze
panne zouden krijgen
Het eerste deel is een goed berijdbare (tot 80 km/u) ruta 40 maar
wel vrij saai. De afwisseling van landschappen blijft even achterwege
en het steppegras is nog korter tot mosachtig. Het volgende stuk
R40 daarentegen wordt zeer smal en leidt ons terug door heuvels.
Het is het ruwste stuk Ruta 40 die we tot nu toe berijden.
We halen op dit-niet-meer-dan-een-keienslagsken
maar gemiddeld 40 km/u, de naam RN (Ruta Nacional / Nationale
Baan) onwaardig.
We komen aan te Tres Lagos. We tanken, eten en vervolgen
onze weg. We zien terug grote wegenwerken. Grondwerken, verharden,
sproeien, eerste laag asfalt, slijtlaag,
we zien het allemaal
gebeuren terwijl wij al rammelend verder rijden. Maar op bepaalde
stukken mogen we op het verharde deel: een verademing maar ook
een gevoel van verloren authenticiteit. Ik prijs me gelukkig dat
we nu nog de ruta 40 kunnen afrijden in zijn originele staat,
ook al is het niet altijd evident.
We naderen El Calafate en we zien in de verte het Fitz Roy massief,
welke we de volgende dagen zullen intrekken. Maar de Ruta 40-goden
willen ons nog éénmaal goed doorreenrammelen
op het laatste maar nijdigste strookje R40. En dan - na 1.550
km rijden op de Roeta Kwarenta - komen we aan te El Calafate,
waar we de wagen terug inleveren. Adios R40!! En hiermee is een
eerste deel van de reis afgesloten.
We overnachten in Hostel America del Sur, een rugzaktoeristen-hostel
uitgebaat door een jonge, gezellige bende aangevoerd door de mooie
Maria. Maria legt ons in geuren en kleuren uit hoe onze georganiseerde
Fitz Roy trek ineenzit, geeft ons de bustickets naar El Chalten
en herbevestigt onze vliegtuigtickets. Het is een goe jonk,
vinden onze vrijgezellen. S'avonds eten we in Rick's Café,
hetzelfde restaurant waar mijn broer en ik twee jaar geleden (zie
reisverslag
Chili-dag 8)
een reuzesteak geëten hebben. We doen vanavond voor nie minder.
Daarna gaat het richting Casablanca Café waar we drinken
op het afgesloten deel 1 van de reis. Op de videoschermen volgen
we de muziek van Robbie Williams en daarna U2 met hun Atomic Bomb-tour
dvd!! We kruipen te laat in ons bed.
En hoe is het gesteld met het wild
langs de Ruta 40?
Goed,
dank u. Het is er overvloedig aanwezig, zowel langs de weg zelf
als in de meer afgelegen delen van Patagonië waar de estancias
gevestigd zijn. Je komt er guanacos (lamas), nandus (struisvogels),
vossen, arenden, condors, pitchi (dwerggordeldier) tegen evenals
kudden schapen en koeien. Enkele verhalen:
- Uitgerekend op de dag van mijn verjaardag wacht mij de verrassing
van mijn leven als ik buiten op de Estancia Los Toldos (dag
5) plots grote belangstelling krijg van iets dat in volle vaart
mijn richting komt gelopen. Een volwassen guanaco doet me in
een secondenrush terug de estancia invliegen.
- Diezelfde avond eten we ons avondmaal in de estancia aan een
tafeltje
aan het venster. Buiten is het stekkedonker. We verschieten
ons een ongeluk als plots in het schijnsel van de binnenverlichting
de kop van een guanaco tegen de ruit tikt.
- We zien veel (schuchtere) nandus. Op een bepaald moment zien
we een zotte of zatte of struisvogel-met-mogelijks-vogelgriep
die de gekste toeren uithaalt door voor drie soortgenoten rondjes
te zoeven, zich te laten vallen, schuin te lopen, te fladderen,
bij zoverre dat we tranen lachen bij het aanschouwen van dit
raar gedoe. Een paringsdans?
- We
zien plots een vos over de baan lopen. We stoppen en zien links
van ons een volwassen exemplaar en rechts een vossenjong. De
volwassen vos is duidelijk nerveus dat wij tussen zijn jong
en hem/haar geparkeerd staan. Hij beloert ons van tussen het
gras (foto links).
- In het Perito Morena Park zien we een arend wegvliegen van
de kant van de weg met een konijn tussen zijn poten, naar een
rustiger plaats om zijn prooi te verorberen.
- En de koeien, die hebben die even dwaze, starende blik als
bij ons: 'Ek iets aan van ui, misschien?'
- We zien bij toeval nabij Cueva de las Manos een dwerggordeldier,
of Pitchi. Een raar wezen, zo groot als een schildpad en gehuld
in een soort harnas. Het schijnt een echte lekkernij te zijn
bij de Argentijnen. Wordt soms ook als huisdier gehouden.

guanacos (soort lama)
Dag
8 -----Donderdag 16 maart -----El
Chalten
We slapen in Hostel Condor de los Andes (45 € per k/per n)
Om
8u s'morgens nemen we in El Calafate de bus naar El Chalten. De
rit duurt 4,5u inclusief een sanitaire stop aan Estancia Leona.
Daarna rijden we het fameuze Los Glaciares Nationaal Park
binnen met onder andere het Fitz Roy massief. Alle bussen hebben
een verplichte stop aan het Visitor Centre van onze eindbestemming
in El Chalten, dus ook de onze. Daar melden de rangers ons dat
de ingang van het park kosteloos is maar de toeristen/trekkers
zich aan een aantal regels moeten houden: geen vuil achterlaten,
geen vuur stoken en uw sanitaire behoeften doen minstens 30 m
verwijderd van een rivier of meer. Want alle water uit het park
is drinkbaar. We leren ook dat de Patagonische ijskap na Antarctica
en Groenland het derde grootste zoetwaterreservoir ter wereld
is.
El Chalten is het jongste dorp van Argentinië (gebouwd
in 1985) en bevindt zich aan de voet van het Fitz Roy massief,
aan het einde van een lange afslag van de Ruta 40. Er valt niet
veel te beleven maar het decor is spectaculair. Vanuit El Chalten
en reeds vanaf de weg ernaar toe, zien we de majestueuze cerro's
of bergpieken, maar niet vandaag wegens teveel wolken. Monte Torre
(3.102 m) en Monte Fitz Roy (3.404 m) lijken een hit te zijn bij
de bergbeklimmers omwille van hun techniciteit (de kliffen zelf
zijn 100 den meters loodrecht naar omhoog) en van de hoogste moeilijkheidsgraad.
Dit wordt mede veroorzaakt door de moordende wind en het constant
wijzigende weer.
We nemen deze namiddag vrijaf en bereiden ons voor op de trek
van morgen: een georganiseerde tweedaagse trek met één
tentovernachting. Het regent, de zon schijnt, het regent, de zon
schijnt, de wolken trekken weg, ze schuiven weer aan. Van constant
wijzigend weer gesproken. Wat zullen de volgende dagen brengen?
Dag 9 -----Vrijdag 17 maart -----Trek
Fitz Roy
We slapen in een tent. De tweedaagse trek kost 110 € per
persoon.
S'morgens
worden we wakker en de wind buist. Wolken blijven plakken
rond de top van de pieken. Om de tijd te verdrijven totdat onze
gids ons rond de middag komt halen, kaarten we: hertebokken.
Om half twaalf is het zover en een rijzige, zwartharige Argentijnse
van 1.80m stelt zich voor als Lisi, onze gids voor de trektocht.
De aandacht van het kaarten verschuift volledig naar haar richting
en na een korte autorit, komen we aan het startpunt van de trek:
Estancia El Pilar.
Het miezelt. Het eerste gedeelte van de trek volgt de Rio Blanco.
De
melkachtige kleur van het water verraadt zijn herkomst: gletsjerwater.
We stappen door lengabos. Lenga is de enige boomsoort die het
overleeft in Patagonië en groeit op de berghellingen tot
aan de boomgrens van 1.200m. Hoe kouder, hoe lager de boomgrens.
In Ushuaia waar we volgende week naartoe trekken, ligt de boomgrens
op 800m. Vele bomen liggen omver of zijn dood. Neergebliksemd
of afgebrand denken we. We dwalen. Een schimmel zorgt ervoor dat
de bomen hol worden en dan door een Patagonische wind, geveld
worden. Dit dunt het bos uit en laat nieuwe bomen een kans om
te groeien. De omgevallen bomen rotten en voeden de bodem. Na
500 jaar is de boom volledig weggerot. Dat alles weet de sympatieke
Lisi ons te vertellen, een goe jonk volgens Tjeefken, tijdens
onze vier uur durende staptocht door de regen en langs lage grijze
wolken die alle mooie zichten van dit park verbergen. Onderweg
kunnen we enkel de Rio Blanco gletsjer zien (foto rechts).
We
komen aan in het kamp gebouwd door de organisator van deze trek,
nabij het prachtige Capri meer (foto links).
Het is rond 18h en het is lachwekkend om vier verzopenen rond
één klein gaskacheltje te zien kruipen in een soort
reftertent waar we ook avondeten. In dit kamp logeert constant
een kok die alle dagen de klanten van de organisatie opvangt tijdens
hun trektochten. Vandaag zijn we alleen; er zijn geen andere groepen
te bespeuren. We hangen al onze natte kleren te drogen, eten,
maken grappen over het slechte weer en kruipen om 9u in onze tentjes
in een soort verkleumde toestand. Alles voelt klampig aan
en gelukkig krijgen we een linnen lakenzak om in onze vochtige
slaapzak te kruipen. Onze broek en vest steken we mee in onze
linnenzak zodat die morgen toch warm zullen aanvoelen bij het
aantrekken. Het matje onder de slaapzak is veel te dun en buiten
is het vredig regentje omgeslaan in stormachtige vlagen. Daardoor
doe ik die nacht geen oog dicht. Het voorspelt allemaal niet veel
goeds voor morgen.
Dag 10 -----Zaterdag 18 maart
-----Trek Fitz Roy
We slapen in Hostel Condor de los Andes (45 € per k/per n)
Iedereen
is gelijk een kriebe als we samen aan de ontbijttafel zitten
in de reftertent. Ons
weegeklaag wordt nog verergerd door de wind en de onophoudelijke
regen. Vandaag trekken we verder naar het Torre massief,
zichtbaar vanuit een volgende vallei op een halve dag trekken
vanaf hier. Om 9u pompen we elkaar moed in en vertrekken onder
leiding van Lisi. We hebben gekozen voor de kortste weg naar het
einddoel (en niet langs een langer pad via twee meertjes), echt
geen moeilijke beslissing met dit weer. Tegen de middag zien we
de Torre gletsjer liggen met voorraan het gletsjermeer
waarin tientallen afgekraakte ijsbergjes ronddobberen (foto
rechts) . Het meer voedt een rivier die rap naar beneden dondert.
Maar meer is er niet te zien want de wolken blijven ons treiteren
en gunnen ons geen blik van het bergmassief. Ook de regen is dubbel
zo hard als gisteren blijven neerkomen op ons zodat onze avontuurlijke
trek ons het verkeerde soort avontuur geeft.
We lunchen terug in een kamp van de reisorganisatie en staan daar
terug in een halve cirkel rond het enige gasvuurtje. Maar het
kwaad is geschied. De nattigheid is nog onmogelijk uit onze kleren
te krijgen tijdens de lunchpauze. Na de lunch vatten we de terugtocht
aan naar El Chalten, nog 3 uur trekken door regen en wind. Het
wordt een echte beproeving
de grapjes zijn al lang verdwenen.
Het is iedereen voor zijn eigen; een beetje vechten om overeind
te blijven tegen de natuurelementen. En onvermijdelijk dringt
het regenwater door alles heen. Kent ge dat gevoel als uw
onderbroek begint te trekken daar waar ge het niet graag hebt;
of uw broekspijpen die ondanks de regenbroek daarboven plakken
aan uw benen; of uw kousen in uw gore-tex trekschoenen die
toch nat worden? Als we 5 min stoppen aan een uitzichtpunt
die er geen meer is door de wolken, krijgen we het koud en
willen we verder stappen. Lisi houdt er een stevig tempo op
na en ik kan niet meer volgen. Het is ook mijn (ons) dagje
niet: vermoeidheid, koude regen, wind doen ons afzien. Enkel
Lisi's aanmoedigingen en het vooruitzicht op een warme douche
in ons hostel in El Chalten, houden ons sterk. En op het moment
dat we alle zogezegde gespecialiseerde (waterdichte) kledij
de hel toewensen, ik het niet meer zie zitten en elke stap
pijn doet, ondertussen de regen verdappert en het gevoel hier
of in een zwemkom eigenlijk hetzelfde is, speuren we de eerste
huizen van El Chalten. Om 16h stappen vier verwaterde fossielen
hun kamer binnen waar we de twee eerste uren niet meer uitkomen.
Bekomen, noemen ze dat.
We zijn gedeeltelijk bekomen als we vlug een pizza gaan eten in
de buurt en om 21u in ons bed kruipen. Ondertussen hangt of ligt
onze kamer vol mee onze natte kuile, hopend op een droogproces
tegen morgenochtend.
Maar het meest frustrerende van alles is dat we noch het Fitz
Roy, noch het Torres massief gezien hebben, zelfs geen glimp,
niets, nada, niente. We hadden hier zo naar uitgekeken.
Dag 11 -----Zondag 19 maart -----El
Chalten - El Calafate
We slapen in Hostel America del Sur (50 € per k/ per n)
Piep,
piep piep piep, piep piep piep piep piep, gaat onze GSM-wekker.
Het is 5u en tijd om onze bus te nemen terug naar El Calafate,
220 km verderop langs hoofdzakelijk onverharde wegen. De helft
van onze natte kuile is nog nat, steken we in een plastiek
zak en zullen we uitwassen in ons hostel in El Calafate. En moet
ge nu wat weten: het regent niet.
4
uur later arriveren we in El Calafate. De hemel is strakblauw
en de zon schijnt. Wat een luxe. We keren terug naar het Hostel
America del Sur en we ontmoeten Seba, die samen met zijn broer
eigenaar is van het hostel. Seba is de persoon met wie ik voor
de reis veel e-mail verkeer gehad heb om e.e.a. georganiseerd
te krijgen, waarronder ook de verregende trek in El Chalten. Maar
genoeg geleuterd over die trek; natuurelementen hebben we nu eenmaal
niet in de hand. "t'Is best" zegt Seba, anders konden
ze ook daarover nog oorlog voeren.
We nemen de namiddag vrij om een wasken te plegen, geld af te
halen, pisco sour te drinken
Zicht vanaf de stadsrand van El Calafate
(een
typisch Chileense aperitiefdrank met o.a. rum), Quilmes te drinken
(een typisch Argentijns bier), te internetten en ons transport
te bestellen om morgen de mooiste gletsjer op deze aardkloot,
de Moreno Gletsjer, te bezoeken.
S'avonds is het winkelen geblazen en gaan we eten in het sjieke
Casimiro restaurant. Daarna lekken we een crèmken
en zakken af naar ons stamcafé Casablanca waar we samen
met een paar pinten drinken en genieten van de Live 8 DVD.
Dag
12----- Maandag 20 maart -----Moreno
Gletsjer
We slapen in Hostel America del Sur (50 € per k/ per n)
We
zien s'morgens een wolkenloze, strakblauwe hemel boven El Calafate.
Wat een verschil met de vorige dagen en een morele opsteker. We
zien de zon opgaan en eerst de besneeuwde Andespieken beschijnen
om dan zijn licht te laten neerdalen op het grootste meer van
Argentinië: Lago Argentino. We mogen dit allemaal meemaken
vanaf onze ontbijttafel.
Vandaag bezoeken we een ander wereldwonder: de Perito Moreno Gletsjer,
80 km ten zuiden van El Calafate. De bus ernaartoe zit vol senioren
opgepikt aan de hotels op zijn ronde door het stadje. De gidse
entertaint de bus met uitleg over het landschap, het harde leven
van de gaucho's, de graskwaliteit die hier pover is waardoor elk
schaap 4 ha graasland nodig heeft. Vandaar dat de estancias hier
honderden hectaren steppegrond nodig hebben om hun beesten te
laten grazen. 'Een goe jonk', vindt Lieven. En dan rijden
we het zuidelijk deel van het Los Glaciares NP binnen waarin de
Moreno gletsjer ligt. Het is nog een half uurtje rijden
en de gidse vertelt
De
Perito Moreno Gletsjer
dat
de gletsjer zijn naam dankt aan Argentinië's beroemdste
historisch figuur, die belangrijke stukken land onderhandelend
kon toevoegen aan Argentinië ten nadele van Chili. Hij
geeft ook zijn naam aan het stadje waar we overnacht hebben
(dag 4), aan het nationaal park (dag 6).
De gletsjer is recent en beweegt ongelooflijk rap vooruit: 2
m/dag in het midden en 0,5 m langs de zijkanten. Uiteraard smelt
hij ook af, maar netto groeit hij aan. Dit maakt van hem een
uitzondering op alle ander gletsjers, die allemaal geleidelijk
aan afsmelten.
Maar het meest uitzonderlijke is dat de gletsjer terug wereldwijd
in de media aandacht is, net als twee jaar geleden, omdat er
opnieuw een doorbraak van het meer is waardoor afkalving van
de voorste schotsen terug wereldnieuws is. De vorige doorbraak
dateert van maart 2004, exact twee jaar geleden (en daarvoor
van 1988), waar mijn broer en ik op dat moment de show van ons
leven gezien hebben (zie reisverslag Chili dag 8 met filmfragment).
En twee jaar later staan we hier opnieuw, zonder broer maar
met vrouw en Lieven en Tienne
maar wel 5 dagen te laat.
Want 5 dagen geleden is de doorbraak gebeurd!!??***$$$µµ.
Dit is brute pech, maar niettemin genieten we van de omvang,
de grootsheid, het gekraak, de kleinere ijsschotsen die in het
water vallen, de trek door het lengabos die ons brengt tot dicht
bij de noordzijde, van de boottocht tot dicht bij de 60 meter
hoge ijsmuren-schotsen. Het blijft INDRUKWEKKEND. En het weer
is stralend en we zien hoog in de bergen de Patagonische ijsvlakte
van waaruit vele gletsjers 'ontspringen'.
Ter herinnering, een doorbraak komt er als de gletsjer aangroeit
tot aan het land en daardoor het meer in twee verdeelt. De ene
kant van het meer heeft een hoger niveau (tot 23 m) en drukt
tegen de gletsjerwanden. Op zijn zwakste punt, daar waar de
verbinding met het land is, en op het moment dat hij het meest
afgesmolten is (herfst), breekt hij door en dat levert spektakel
op van de bovenste plank. Zie ook kadertje uit het reisverslag
Chili-dag 8.
S'avonds
sluiten we de festiviteiten af met eerst een aperitief, dan een
uitgebreid diner en gieten dan een paar chops in ons leize
in ons stamcafé de 'Casablanca'. Het aperitief, twee rondjes
Pisco Sour, doet ons reeds lichtelijk zweven. Temeer dat het weer
nog altijd uitstekend is en windloos en we met onze kop in de
zon kunnen genieten van Pink Floyd als achtergrondmuziek. Ik feliciteer
de kelner/uitbater met zijn muziekkeuze. De mix van dit alles
doet ons zowaar weemoedig worden en jeugdherinneringen worden
opgehaald. Daarna gaan we terug die geweldige biefstukken eten
met een fles Malbek-wijn. Manneken, manneken, manneken, t'leven
kan toch mooi zijn.
Sprokkels:
- Het aperitief, twee rondjes Pisco Sour, doet ons enigsinds
in hogere sferen belanden en gans onze jeugdtijd wordt opgehaald.
Van opa Cyriel, tot blieken vangen in de gracht, tot
den basket, tot de uitgang en de muziekconcerten.
- Lieven blijft regelmatig aanvallen krijgen van t'zotte:
ijlen? Klimaat? Natuur? Viraal?
- Martine bestelt een kipschotel in t'restaurant en "vindt
het zeer lekker, maar zou het een volgende keer niet meer bestellen
". Tjeefken vindt het eten maar niets maar "gaat
het de volgende keer zeker opnieuw bestellen
"
- In café Casablanca drinken we terug wat pinten teveel
zodat we samen met DVD's van Pink Floyd (The Wall) en U2 (Elevation
Tour) in 'nog hogere sferen belanden'
we onze gebuur
meehelpen zijn pizza opeten
DD verkopen (Dunnen Dèj).
We mogen ons morgen toch uitslapen (zij mee).
Dag 13 -----Dinsdag 21 maart -----El
Calafate - Ushuaia
We slapen in Hostel Los Cormoranes (30 € per k/ per n)
We
nemen uitgebreid afscheid van Seba en zijn hostelbende, een goepje
aanstekelijke jonge mensen.
Om 12h30 nemen we een binnenlandse vlucht naar Ushuaia, Vuurland.
In het luchthaventje van El Calafate wachten we op het inschepen
met in de achtergrond muziek van
Pink Floyd. Ik denk dat
ze in El Calafate de groep herontdekt hebben.
Al vliegend verlaten we Patagonië, een must-do bestemming
voor elke natuurliefhebber. Op 8.000 m hoogte ontspruit volgende
(tweederangs)poëzie uit ons zuurstofarm brein:
PATAGONIË,
DIE SCONE
Vol avontuur
Met die wind zo guur
Naar de meest ontoegankelijke gebieden
Die ons ongelooflijke uitzichten bieden
En uw lieve mensen/lieden
Uw onmetelijke gletsjerparken
Die ons naar adem doen snakken
Dreigende lucht met blauwe gaten
Waar we onze fantasie bij laten
Uw
RUTA 40: Ruw, Uitdagend, Tergend,
Apart
Besneeuwde
Andespieken en het grote eindeloze niets
Met namen als Fitz Roy, Perito Moreno, Chalten
Verdwijnen wij in deze natuur tot niets
Uw wild in overvloed brengt ons in opperbest gemoed
Namen als guanacos, nandus, piccis en vossen
Die grazen voor die onmetelijke rotsen
De eenvoud van de estancias geven ons een bed voor de
nacht
Die ons de rust terugbrengt na al die onvergetelijke pracht
Waar we snel en zeer tevreden
In slaap vallen, moe in lijf en leden.
We
vliegen Vuurland binnen. De lucht is helder en we zien
een plat landschap onder ons evenals de kuststrook langs de Atlantische
Oceaan. Als ik aan Vuurland denk, komen beelden van koude, wind,
ijs en sneeuw in mijn gedachten. Eigenlijk alles behalve vuur.
Technisch gezien is Vuurland een eiland, gescheiden door de straat
van Magellaan van het vasteland. Het is ook het zuidelijkste stukje
land voor Antarctica.
We dalen naar Ushuaia (uitgesproken als 'Oesjoe-a-ie-a')
en zijn benieuwd naar de omgeving omdat ons uit bepaalde bronnen
ter ore is gekomen dat het stadje een beetje overroepen is en
zijn 'einde-van-de-wereld-gevoel' in stand wil houden. Maar onze
eerste indrukken zijn overweldigend. We landen in een soort kom
omringd door sneeuwbedekte pieken die rechtstreeks uit het Beagle
kanaal rijzen en waar we aan de oever Ushuaia zien liggen. Ik
heb weinige plaatsen in zo'n magisch decor weten liggen. Het Beagle
kanaal - die de Atlantische met de Grote Oceaan verbindt -
scheidt Argentinië van Chili; wij landen uiteraard in het
Argentijnse Ushuaia.
Het is 15u als we in ons hostel aankomen. De natuurlijke vriendelijkheid
van de vrouw aan de receptiedesk overvalt ons. 'Een goe jonk',
volgens Lieven, wat we volledig beamen. We vullen de dag met een
tocht naar de Cerro Martial. Eerst per taxi naar de skilift,
7 km de berg op; dan de skilift tot onder de top en dan te voet
naar de top of zo ongeveer. Van daar hebben we gewoon een fabuleus
zicht op Ushuaia (foto links), het Beagle kanaal, de bergen
en het Vuurland Nationaal Park. Het weer is helder met veel zon
en het is windstil. Dit is a-typisch weer voor deze regio en geeft
ons de kans volop te genieten van dit weergaloos zicht op dit
stukje einde van de wereld. Ik denk dat de weergoden kompasse
hebben met ons voor wat ze ons aangedaan hebben in El Chalten
en ons nu gunstig willen stemmen.
We nemen de taxi terug naar beneden (taxi's zijn zeer goedkoop
in Argentinië) en kruipen met zijn gevieren in een
karretje à la Opel Corsa. "Like a sandwich",
lacht de taxichauffeur, die een goedgemutste Boliviaan blijkt
te zijn. Hij zet ons af in het centrum en we eten ons dik in een
'all you can eat for 25 pesos'-formule. We dissen herinneringen
op uit het programma 'In de Gloria' en lachen tranen met het schitterende
stuk waarin Tom Van Dijk de interviewer speelt van de, door een
medische fout mismiesterde personen en, naarmate het interview
vordert, de slappe lach krijgt.
Dag 14 -----Woensdag 22 maart
-----Ushuaia
We slapen in Hostel Los Cormoranes (30 € per k/ per n)
Vandaag
beleven we de dagtour van het reisbureau Canal Fun, besteld in
de pre-reis periode vanuit Landegem. Om 9u pikken ze ons op aan
het hostel met hun jeep en we maken kennis met Coco de kok, Juan
de gids en zijn lief Nathalia. Juan heeft dreads en een
baard en lijkt een weggelopen bandlid van Bob Marley's The Wailers.
Zijn lief is schuchter en tracht zo goed mogelijk weg te steken
dat ze een koppel zijn. Het weer is terug zacht en windvrij. "Is
mogelijks maar geldig voor 20 min", zegt Juan. "Hier
hebben weervoorspellers de moeilijkste job", voegt hij eraan
toe.
We starten de dag met een jeeprit naar het nabijgelegen Vuurland
Nationaal Park (Tierra del Fuego NP) waar we aan een binnenrivier
in opblaasbare kajaks stappen: één voor vier; één
voor twee personen. Vanop het water en in een gezapig tempo, genieten
we van de ruige bergpieken, de begroeide hellingen van lenga bomen-met-herfstkleuren,
maar vooral van de ontelbare watervogels, ganzen en eenden. Juan
geeft ons een volledige les biologie en je voelt zijn verbondenheid
met de natuur. De watertocht eindigt 2 uur later in Zuid-Amerika's
mooiste baai: Lapataia Bay. Daar ook eindigt die andere
legendarische route: de Pan-Americano Route die loopt van
Noord-Alaska naar dit punt. Aan het einde van deze baan - hier
uiteraard onverhard - staat een pijl terug naar het noorden gericht:
Alaska 17.878 km.
Coco maakt onze lunch klaar temidden een lenga-bos en het tweede
deel van de dag is een 7 km lange tocht langs de kusten/oevers
van Lapataia Baai (foto's onder) en een stukje Beagle kanaal.
"Het regent niet", stelt Tienne vast, doelend op onze
uitgeregende tocht (dag 9+10) in El Chalten. Eens trekken we weg
van de kust het bos in en zien dat eigenlijk 50% van de lenga-bomen
omgevallen liggen. Ook hier zorgen de schimmels voor het bio-huishouden,
hollen oude bomen uit en schenken nieuwe bomen leven. Telkens
we uit het bos aan de kustlijn komen, staan we versteld van de
pracht van de combinatie besneeuwde bergpieken - Lapataia baai.
Coco pikt ons terug op aan het einde van de trek en voert ons
terug naar ons hostel. We nemen afscheid van die natuurgekke bende.
S'avonds eten we in het hogergelegen sjieke Chez Manu (we loaten
ons af en toe ne kier goan) vis en hebben door de enorme ruiten
van het restaurant een geweldig zicht op duizenden oranje lichtjes
van Ushuaia. Het Beagle kanaal en de omringende bergen vormen
één grote, zwarte plek.
Lapataia Baai (2 x)
Sprokkels:
- Nadat Juan op de wandeltrek langs de kust zijn zoveelste les
over de watervogels, ganzen en eenden geeft èn telkens
5 min de tijd neemt om alles met zijn verrekijker te bekijken
en uitleg te geven, wordt het toch wat te veel voor ons. We
fantaseren al over het evaluatieformulier waarop we gaan schrijven:
'We saw too many birds' of 'Konkelfoezing with his lief'.
Op een bepaald moment laten we hem ter plaatse en wandelen zelf
verder.
- De lunch wordt opgefleurd met aperitiefhapjes en flessen wijn.
Alles draagt hier het label 'Fin del Mundo' (einde van de wereld),
dus ook de wijnflessen. Ushuaia's marketing is volledig gebaseerd
op haar ligging als meest zuidelijke stad van deze wereld. Maar
uiteindelijk hebben ze toch een beetje gelijk want Kaap Hoorn
ligt hier amper 150 km verderop en Chili's Puerto Williams ligt
nog iets zuidelijker maar is moeilijk een stad te noemen, maar
meer een legergarnizoen.
- We nemen de taxi terug naar ons hostel van bij Chez Manu als
we bijna misselijk worden van de WC-eend geur die in de taxi
hangt. Nog raarder is het feit dat de langharige grijsaard aan
het stuur tipgeld weigert!!?? Ik heb nog nooit meegemaakt dat
een taxichauffeur tipgeld weigert, wel al veel keer dat ze er
u willen opleggen.
Dag 15 -----Donderdag 23 maart
-----Ushuaia - Buenos Aires
We slapen in het Republica Hotel (gratis)
Om
10u stijgen we op uit Ushuaia richting Buenos Aires. Eén
dag meer in dit oord ware ideaal geweest: nog een boottocht over
het Beagle kanaal om kolonies pinguins en zeeleeuwen te bewonderen.
We vliegen Vuurland uit en maken een tussenlanding in Rio Gallegos.
We stijgen terug op om rond 16u aan te komen in Buenos Aires.
De wereld verandert een beetje want we komen uit het kille Ushuaia
(5°) in het warme BA (25°); van een eenvoudig hostel naar
een viersterren hotel.
Ook
in BA zijn de taxi's goedkoop, dus nemen we er een naar de Recoleta
wijk waar we het gelijknamige kerkhof bezoeken (foto links),
bekend door de afkomst van zijn rijke en beroemde doden. Het kerkhof
is als een 'dorp', met geplaveide banen, graftomben als huizen
met zichtbaar de lijkkisten in de kelders, èn met de grafkelder
van Evita Peron. Je kan hier uren in lopen. Dat doen we niet;
we gaan daarentegen een pint drinken in het Hard Rock Café
(HRC), een oersterke traditie. Deze keer koop ik geen T-shirt
want twee jaar geleden heb ik er al een gekocht, toen op tramar
met mijn broerken (zie reisverslag
Chili: dag 20). We bestellen een rondje Pisco Sour
en dan wordt het HRC overrompeld
door een groep bakvissen
en tieners: Karaoke time. Op het podium in het café worden
micro's geplaatst en de lokale youngsters beginnen aan een reeks
nummers gaande van Argentijnse L. Lynn-achtige nummers tot rock.
Ook Robbie Williams, Aerosmith worden gecoverd. Het jonge publiek
gaat uit de bol en er wordt gegild dat het een lieve lust is.
Bij zoverre dat ook wij beginnen mee te gillen. We bestellen
een tweede rondje Pisco Sour en we gaan mee uit de bol. Of het
verhaal van drie rijpe veertigers en een jonge vijftiger die
zich laten meesleuren door gillende veertienjarigen. En geestig
dat dat is!
Tijdens de karaoke-optredens blijven de gebruikelijke muziekvideo's
(zonder geluid) verder de plasmaschermen teisteren in het café
wat me een diep ongelukkig moment oplevert in deze schitterende
ogenblikken
als ik Led Zeppelin zie verschijnen op de
schermen
maar niets kan horen. Uit de beelden maak ik
op dat ze Kasjmir spelen. Dit is een zeer ongelukkig timingmoment.
We zien tussendoor ook clips van 'Gloria' (The Doors) en ook
van de Nederlandse(!) groep The Golden Earring met 'The Twilight
Zone'.
En weten dat we deze morgen nog aan het einde van de wereld
zaten
Ons
hotel ligt in t'herte van BA, aan de Obelisk (foto
links) , op de 9e Juli Avenu, volgens de Argentijnen
de breedste laan ter wereld. We snuiven er s'avonds laat de sfeer
op. Maar zoals in alle wereldsteden zie je veel verkeer en mega
lichtreclames van de grote merken: Coca Cola, Panasonic, Mercedez-Benz,
Sony. Spijtig genoeg zie je er ook bedelende kinderen.
Sprokkels:
- We slapen in het Republica Hotel ons gratis aangeboden door
Aerolineas Argentinas omdat ze hun vluchtschema wijzigden: ze
lasten een tussenlanding in in Rio Gallegos. We hebben daardoor
diezelfde dag geen aansluitende vlucht meer naar Iguazu. Ze
betalen ook het avondeten, ontbijt en taxirit!
- Zoals gezegd hebben we een gratis avondmaal in het hotel.
De ober is een zestiger met onderkoelde humor die vraagt of
hij of wij de salade zullen prepareren met olijfolie en andere
kruiden. Binnen fracties van seconden wijzen vier armen in zijn
richting.
- The 9e Juli Avenu is genoemd naar de onafhankelijkheidsdatum
van het land en telt 20 rijstroken met daartussen aangelegde
groenstroken.
Dag 16 -----Vrijdag 24 maart -----Buenos
Aires - Iguazu Nationaal Park
We slapen in Hostel Casa Blanca (15 € per k/ per n)
'Iguazu
7u50: Flight Delayed' lezen we op het scherm van de Aeroparque
vlieghaven. De hel van dag 1 spookt door ons hoofd. Maar deze
keer is de reden aanvaardbaar: mist op de eindbestemming. Een
uur later stijgen we toch op richting s'werelds meest vermaarde
en meest spectaculaire watervallen op het drielandenpunt Argentinië,
Brazilië en Paraguay: de Iguazu watervallen.
We landen in een andere wereld: groen, regen, tropisch (vochtig)
warm. We laten onze bagage achter in ons hostel Casa Blanca (Wit
Huis) waar we kennis maken met terug een sympathieke eigenares:
Carmen. "Een goe jonk", vindt Lieven.
We
besluiten om de namiddag rond te maken met een bezoek aan de Braziliaanse
kant van de watervallen. Die zijn meer panoramisch dan de
Argentijnse kant en makkelijk in een uur of drie te bezichtigen.
Eerst horen we en dan zien we een wereldwonder. Of althans een
deel daarvan want de in totaal 275 watervallen zijn verspreid
over een soort halve maan die 3 km breed is en storten zich gemiddeld
65 m dieper in het regenwoud. De zichten zijn gewoon briljant.
Vanop een pad van 1,5 km lang zie je beneden de Iguazu rivier,
de jungle en de meeste watervallen. Ik heb al veel watervallen
gezien maar dit spektakel overtreft alles. Naar het einde van
het pad toe komt de grote finale: een metalen doorsteek die ons
extreem dicht bij de voet van de krachtigste waterval van het
park brengt: Devil's Throat of Het Duivelsstrot
(foto rechts) . Die
duivel maakt iedereen mesnat. Want het neerduikende water
vormt een fijn watergordijn dat u ook belet de bodem te zien.
Langs drie kanten tegelijk (hij maakt net geen cirkel) stort het
water zich met een oorverdovend lawaai in een kom. Het is betrekkelijk
moeilijk om voor dit alles de juiste woorden neer te schrijven.
Na een kleine drie uur genieten komen we aan het einde van het
Braziliaanse luik en dit is de start van een tropische regenbui
die enkel in de tropen kan. Bakken water vallen uit de hemel en
we worden gedurende een uur lang gegijzeld in het visitor centre.
Pas dan kunnen we terugkeren naar de ingang van het park en terugrijden
naar ons hostel.
Morgen gaan we de Argentijnse kant van de watervallen bezoeken
en algemeen wordt aangenomen dat die nog spectaculairder zijn.
Sprokkels:
- S'morgens 'lezen' we in de krant, allé leiden we af
uit de weinige woorden die we verstaan dat vanavond Deep Purple
optreedt in BA in de zaal Lunapark. In Lonely Planet lees ik
dan toevallig dat Maradona daar zijn trouwfeest gegeven heeft
in 1989.
- Van Amerikaanse toeristen horen we dat er terroristensamenkomsten
zijn in het drielandenpunt Argentinië, Brazilië en
Paraguay omdat de grenscontroles te laks zijn. Daardoor zou
het er ook krioelen van CIA agenten.
- Carmen, de eigenares van ons hostel, is zeer secuur in het
invullen van de hotelkaarten. Waar we elders de gegevens eigenhandig
moeten invullen, doet zij het zelf voor alle vier en zeer minutieus.
Als ze aan het vakje ' beroep' komt, zeg ik serieus "drugdealer;
you don't have a problem with that I hope". Ze schrikt
en twijfelt een fractie van een seconde.
- Aan de grensovergang met Brazilië moeten we onze voeten
vegen aan een mat gedrenkt in een anti-dollekoeieziekte-product
en rijden de wagens door eenzelfde bad.
Dag 17 -----Zaterdag 25 maart
-----Iguazu Nationaal Park
We slapen in Hostel Casa Blanca (15 € per k/ per n)
Dag
2 van de watervallen en we gaan ze attakeren langs drie
zijden. Een toeristentreintje brengt ons van de ingang van het
park naar de stations en vandaar staat gepijld:
1. Paseo Superior: dit pad toont u de toppen van de watervallen.
Onder pad moet je ijzeren wandelpaden verstaan die je van de
ene waterval naar de andere brengen, dwars door regenwoud. Het
regenwoud is zo dicht begroeid dat je er geen meter ver kan
inkijken.
2. Paseo Inferior: dit pad gaat naar beneden en brengt
je verrassend dicht bij verschillende watervallen. Als de wind
verkeerd zit doe je best uw regenmantel aan. We gaan verder
tot op de bodem van het park en nemen de gratis overzet naar
het San Martin eiland. Dit eiland bevindt zich te midden
de zeer brede Iguazu rivier in t'herte van de dingens.
We klimmen tot de top en tot zeer dichtbij de tweede krachtigste
waterval van het park: de San Martin. Ik sta versteld hoe mijn
naamgenoot de duizenden kubieke meters water naar beneden spuit
en lawaai maakt waarbij Sepultura en Rage against the Machine
samen, bij verbleken. We picknicken langs de kalme zijde van
het eiland op een paar platte rotsen. In zo'n decor smaken uw
te oude boterhammekes-met-kaas uit uw plastiekzaksken
excellent.
3. Devil's Throat (Het Duivelsstrot): dit pad brengt
je naar de bovenkant van de krachtigste val van het park. Gisteren
hebben we aan zijn voet gestaan en nu staan we aan zijn top.
Dit is een zicht die we nooit meer vergeten. Hoeveel tonnen
water langs drie zijden in een soort bodemloos gat vallen is
onbeschrijfelijk. Het fijn watergordijn is als rook die je van
kilometersver ziet opstijgen.
Eigenlijk
kan ik dit natuurspektakel moeilijk onder woorden brengen, ver
van correct neer te schrijven. Probeer het volgende: stel je een
waterval voor, de grootste die je al bezocht hebt. Doe maal 275,
begin dan te dromen en gebruik de krachtigste superlatieven. Je
zal ergens in de buurt komen.
In de jungle errond zien we weing wild alhoewel het er volop zit
met onder ander jaguars. Maar alle beesten zijn ofwel mensenschuw
of leven s'nachts. Ook is dit regenwoud te dicht begroeid. Maar
we hebben geluk als we in de top van een boom drie toekans
zien zitten. Zijn dat prachtige beesten met hun felle kleuren
en enorme bek.
Bootje
varen
We kopen een ticket voor de Nautical Experience, een ander woord
voor zeer vlug doorweekt geraken. Op rubberen speedboten wordt
je gevaren tot aan een paar watervallen. Dan begint de bootchauffeur
ons te tinsen door netjes afstand van de waterval te
nemen. Maar plots: vlam en hij duwt de boot tot net te dicht
bij de waterval zodat de nevel veroorzaakt door het neerpletsende
water u een douche geeft die u meteen mesnat maakt. En
als er voor ons een bende Spaanse flapuits en partybeesten zitten,
doet hij er nog een schepje bovenop natuurlijk. Maar het blijft
een belevenis om de waterkracht van zo dicht te mogen bewonderen.
Na 15 min is het afgelopen en mogen we ons langs de kant afdrogen
en droge kleren aandoen. Gelukkig is het hier tropisch
warm.
Het
Duivelsstrot (2 x)
S'avonds
rijden we opnieuw de grens over naar Brazilië voor een buffet
met show. De feestzaal noemt Rafain (ra-fa-ien) en als we binnenkomen
zien we een enorme zaal voor wel duizend man. Ze loopt rap vol
met busladingen toeristen. Ik vrees voor een goedkoop Benidorm-spektakel
maar zowel het eten als de show zijn verdienstelijk. In de finale
zien we een Braziliaanse samba 'opgefleurd' door drie danseressen:
Maria in haar bloot gat, Marcella met het mini-behaatje en Clo
Clo met pluimen op haar hoofd (beter dan in haar ...). Voor de
liefhebbers.
Clo clo, Maria, Marcella
Dag 18 -----Zondag 26 maart -----Puerto
Iguazu - Buenos Aires
We slapen in het Milhouse hostel (27 € per k/ per n)
Deze
voormiddag bezoeken we het punt waar de Iguazu rivier uitmondt
in de Parana rivier, ook het drielandenpunt genaamd. Op
de foto zie je vooraan Argentinië, rechts over de rivier
Brazilië en links over de rivier Paraguay.
Deze namiddag om 15u20 vliegen we terug naar BA en rond 18u staan
we in ons hostel. Het is een enorm jeugdhotel en net als twee
jaar geleden is er een binnenpatio zonder dak waarrond in 4 verdiepingen
de kamers zijn gebouwd. "Er zijn 150 slapers", verklapt
ons de alweer vriendelijke medewerkster. Er is een berichtje voor
mij van mijn collega's uit Argentinië die ik op voorhand
verwittigd had van mijn bezoek aan hun land: om 19u ontmoeten
we Hugo en Ricardo. Samen gaan we een fles wijn kraken in BA's
meest gerenommeerde café-brasserie: Tortoni. Zoals
twee jaar geleden lijken de garçons op hun café:
zeer oud.
We eten s'avonds in het HRC maar ditmaal bespeuren we geen gillende
of karakoke zingende pubers. Wel rockclips en een geüpdate
menukaart. En onvermijdelijk speelt Led Zeppelin in één
van de clips met hun nummer Rock n' Roll (van de DVD 'how the
west was won').
Sprokkels:
- Het is zondagvoormiddag en we piscosouren (nieuw woord
voor aperitieven).
- Vandaag staat de topmatch in Argentinië en hèt
stadsderby op het programma: River Plate - Boca Juniors.
We informeren naar tickets maar er zijn geen tickets meer beschikbaar
enkel VIP-tours. Ze kosten 150 € per persoon
maar
trop is teveel, ook al hadden we dit voetbalfeest eigenlijk
niet willen missen. Het wordt 1-1.
Dag 19 -----Maandag 27 maart -----Buenos
Aires
We slapen in het Milhouse hostel (27 € per k/ per n)
We
stippelen een wandeltoer uit die een halve dag in beslag
neemt. We zien de meeste bezienswaardigheden van t'stad met o.a.
de breedste laan ter wereld (9e juli avenu), het Majo plein, de
Obelisk en de verkeersvrije Florida straat waarin zich ook het
grootste en sjieke winkelcentrum bevindt: de Gallleria Pacifico.
En daarmee moet Buenos Aires binnenstad het stellen. Het valt
wat tegen want het is druk druk overal waar je gaat, zowal qua
hoeveelheid mensen als verkeer. Dan hebben onze Europese steden
met Parijs op kop, toch heel wat meer te bieden!
Mijn 3-weken baard neemt te indrukwekkende vormen aan en ik begin
zowaar te lijken op de leden van de Moslimse Broederschap. Dus
baard er af mee tschis. Ondertussen bestellen we een fietstocht
om morgenvoormiddag wat meer van
BA te verkennen. We wandelen door naar de jachthaven, Puerto
Madero, de laatste nieuwigheid van BA, met zijn vele terrasjes,
lofts, en gerenoveerde havengebouwen (foto boven). Het
is alsof elke (haven)stad nu zijn winkel-water buurt moet hebben.
Eerder vonden we dit fenomeen al terug in San Francisco, Kaapstad
en Sydney. Het heeft wel iets want de combinatie met water maakt
het altijd wat gezelliger. De rest van de namiddag wordt opgevuld
met pinten drinken, poolen en ambetant doen tegen elkaar.
Vanavond kijken we tango in Café Tortoni, een herhaling
van twee jaar geleden (zie reisverslag
Chili, dag 20). De show is deze keer gevarieerder
en de tango's blijven sensueel en heftig.
Taxi's in Buenos Aires
De taxi nemen in BA is goedkoop maar tegelijkertijd het lot
een beetje uitdagen, u met een zekere mate van doodsverachting
in het verkeer laten storten. Drie kwart van alle voertuigen
zijn bussen of taxi's, herkenbaar aan de zwarte carrosserie
en het gele dak. En als je weet dat het zeer druk is in BA,
weet je ook dat er duizenden, naar klanten zoekende, taxi's
rijden. Je hoeft enkel efkes te zwaaien en er wordt gestopt.
Taxichauffeurs zijn gatenvullers. Dit wil zeggen dat ze nooit
de rijstroken respecteren maar altijd de vrijgekomen gaten induiken
en opvullen. Dus 5 taxi's naast elkaar op een 3-vaksbaan is
gewoontjes. Toeteren, met de lichten knipperen en elkaar rakelings
voorbijzoeven is een verplichte houding. Vooral beginnen claxonneren
èn lichten trekken als je 10e in de rij staat en het
licht op groen springt, is een soort sport. Fietsers en voetgangers
zijn minderwaardig. Er zitten soms rare kwibussen tussen die
taxichauffeurs:
- De taxichauffeur die ons naar het HRC brengt, wringt zich
tussen de wagens, knippert met zijn lichten, claxonneert en
rijdt alsof we hem het mes op de keel zetten. Ondertussen doet
hij niets anders dan kruistekens maken alsof hij geluk moet
afdwingen. Rare vent.
- Of die kerel die ons van de luchthaven naar ons hostel brengt
en we te laat merken dat zijn meter kapot is. We hebben onderweg
moeten onderhandelen in de wagen want hij vraagt het dubbele
van het gangbare tarief. Dit belet hem niet om ondertussen een
oordeel te vellen over het Belgisch voetbal, via de radio naar
de derby Boca - River Plate te luisteren en hem in het verkeer
te smijten.
- Of die andere die onze bagage niet in zijn koffer krijgt en
het kofferdeksel met een koord vastbindt.
- We zitten ook ne keer in een taxi met een rustige chauffeur.
Niet te geloven.
Dag 20 -----Dinsdag 28 maart -----Buenos
Aires
We slapen in het Milhouse hostel (27 € per k/ per n)
Het
is onze laatste dag voor afreis. We rijden een fietstocht
onder begeleiding van een gids door verschillende wijken van BA.
We vertrekken en komen aan op het San Martin plein en rijden achtereenvolgens
door Puerto Madero, het Ecologisch reservaat, Boca en langs het
Boca Junior stadium, San Telmo waar de eerste tango plaatsvond,
Plaza de Maya met het roze presidentsgebouw en tenslotte terug
San Martin. Het wordt een 4 uur durende weirdo tocht. Je
moet guts hebben om in het autogekke BA een fietstocht
te organiseren voor toeristen. Fietspaden bestaan niet, dus rijden
we bijna constant op voetgangerspaden of improviseren we. Als
je op de baan rijdt maak je je best groot en breed om op te vallen,
steek je je duim omhoog als gebaar van waardering als je weer
net niet omver gereden wordt. Nu weten we het zeker, Buenos Aires
staat voor chaos. Na 4 uur fietsen, weliswaar met vele stops en
uitleg door de gids, nemen we een kalme en vrije namiddag.
Linksboven:
Plaza de Maya
Rechtsboven: Plaza San Martin
Linksonder: Skyline van BA vanuit het Ecologisch Reservaat
Rechtsonder: Voetbalstadium Boca Juniors
We beslissen om het op onze laatste avond in Argentinië breed
te laten hangen. Op aangeven van LP gaan we naar het beste steakrestaurant
van t'stad (Rio Alba) waar we met zijn allen terug het sappigste
Argentijns biefstuk eten. Daarna zakken we af naar een aantal
bars (Mundo Bizarro en Janio) in de uitgangsbuurt van Palermo.
Dan verschijnt hamerlinksken, deelt vier tikken uit en
mee ons loatste kroaze vlaggen we een taxi af die ons naar
het hostel brengt.
Ons hostel bestaat trouwens voor 90% uit Engelsen en dat die mannen
kunnen drinken en lawaai maken hebben we aan den lijve ondervonden.
De bakken bier die we iedere morgen bij het ontbijt zien aanrukken
om de frigo's op te vullen, doen me vermoeden dat de omzet aan
drank groter is dan de omzet aan slaping.
Sprokkels:
- Wist je dat de tango begonnen is als een dans tussen twee
mannen? De bedoeling was dansen om ter stoerst, dus een echte
machodans. Later dansten prostituees mee.
- BA bestaat uit veel mooie en slanke vrouwen, allemaal vrij
lang en met gitzwart haar. Ik verdenk er onze vrijgezellen van
dat ze af en toe gedacht hebben om er eentje mee te nemen naar
huis.
- We eten in de namiddag een crèmken op een terrasken
als twee mannen achter de stoel van Lieven een gesprek lijken
te voeren. Onopvallend hurkt de ene neer en trekt stilletjes
Lieven's rugzak - die onder zijn stoel op de grond staat - naar
hem toe. We klappen nietsvermoedend met elkaar verder maar dit
is zonder Martine gerekend die plots als een springveer naar
de rugzak grabbelt en hem terugtrekt. In de 5 seconden verwarring
die erop volgt, verdwijnen de twee. Ons adrenalinepeil stijgt
efkes tot een toppunt.
Dag 21 -----Woensdag 29 maart
-----Buenos Aires - Madrid
Om
halftien nemen we de taxi richting Ezeize Internationale luchthaven,
die het hostel voor ons besteld heeft. Tienne heeft gisteren uitgerekend
hoeveel we nog gaan verdoen, heeft op basis daarvan euro's
gewisseld, en nu blijkt dat de rekening klopt. Onze weinige overblijvende
pesos worden besteed aan wijn en chocola aankopen in de luchthaven.
We vliegen terug met een eivolle Airbus 340-600. En terug is de
camera op het topje van de staartvleugel aanwezig om het toestel
te zien taxiën naar de startbaan en te zien opstijgen.
Dag 22----- Donderdag 30 maart-----
Madrid - Landegem
Het
is 6u s'morgens als we landen in Madrid en dit na een moeilijke
nacht-met-slaappil-die-niet-goed-werkte. Ons humeur zakt nog verder
als we vernemen dat de vlucht naar Brussel 2 uur vertraging heeft.
In Zaventem nemen we de trein naar Gent. En als we in Gent Luc
zien afkomen met zijn 4x4 om ons op te halen, weten we dat het
allemaal voorbij is. Op onzen buik: gien sanse.
En hoe stelden onze would-be avonturiers
het?
Volgens hun klappen hebben ze ervan genoten. Ze zijn
vooral sterk in het trekken (ik bedoel stappen), bier drinken,
piscosouren, biefstuk eten, DD verkopen. Maar
heel belangrijk in dit soort ondernemingen: het zijn natuurliefhebbers
en kunnen water in de wijn doen.
Tienne is een gemakkelijke en volgzame mens en op de meeste
voorstellen is zijn standaard antwoord: "ik kan er mij
mee verzoenen".
Lieven heeft machtig veel goe jongs gezien en dikwijls
t'zotte opgedaan. Hij heeft problemen met steden en dus
zeker met het chaotische BA en valt rap in slaap op de achterbank
van een auto of bus. En als Tjeefken over u een stelling poneert
dan moogt ge nooit ontkennen want dat bewijst dan juist het
tegengestelde, denkt hij.
Het zijn ook beleefde mensen want ze spreken me voortdurend
aan met 'leider'. Beter ware geweest 'meneer de leider', maar
ik heb het niet willen doordrukken.
En Martine, minzaam La Martina genoemd door ons, heeft ons verschillende
keren op het rechte (Spaanse) pad gebracht. Haar thuis ingestudeerde
Spaanse lessen kwamen ons goed van pas.

|