WERELD > OCEANIE > AUSTRALIE > Reisverhaal

 

SOUTH AUSTRALIA

 

Dag 18---- 25 maart---- Murray Rivier regio + voorgeborgte Flinders Ranges NP---- 560 km
We rijden Loxton uit en de regio doet zijn naam van wijnstreek alle eer aan. De eerste 100 km zijn er van wijnranken en nog eens wijnranken en van de glinsterende Murray rivier die s'ochtends zowaar een turquoise kleurtje heeft. Op sommige plaatsen is hij zèèr breed. Naast de wijnranken zien we ook veel fruitkwekerijen. We rijden dan ook door de streek rond Adelaïde op weg naar de Flinders Ranges en in deze streek kunnen vreemdelingen met een werkvergunning zoals onze Belg uit Westerlo (zie dag 16), vrij gemakkelijk het jaar rond aan werk geraken in de fruit- en druivenpluk. We zien in de verte wagens stilstaan en denken aan een ongeluk. Verkeerd gedacht, ze wachten op het pont die ons de Murray overbrengt. We zien woonboten (foto) traag de rivier afdrijven. We vervolgen de weg en hoe meer we het binnenland intrekken, hoe heter het wordt. We arriveren te Burra, een vroeger koperontginningsstadje, waar ik de dugouts wil bezoeken. Dit zijn destijds door de mijnwerkers uitgehouwen, ondergrondse woonplaatsen. Maar we zijn onaangenaam verrast want wat we zien is eigenlijk niet meer dan een hol, maar tegelijkertijd realiseren we ons onder welke omstandigheden die mensen moeten geleefd hebben.
We rijden door naar ons eindpunt Hawker en de streek ondergaat een gedaanteverwisseling. Gedaan met fruit en druiven en rivieren. In de plaats krijgen we een uitgestrekt landschap met rollende heuvels, met kaarsrechte banen gevolgd door zeer wijde bochten, met telkens andere vergezichten. De kleur is bruin-rood en er is geen begroeing behalve korte grassen en hier en daar een verloren gelopen boom of groepjes bomen (waar er water is?). Dit is een halfwoestijngebied met zijn steeds terugkerende rollende, naakte heuvels, met zijn propellerwindmolens en zijn strakke blauwe lucht. Waar zijn we hier? In de Karoo van Zuid-Afrika? Nee. In het Serengeti park in Tanzania? Nee. Wel in Australië, in de streek tussen Burra en Hawker, in het voorgeborgte van de Flinders Ranges. Door zulke streken rijden met de wagen (met airco aan) is puur genieten. In dit decor eten we s'middag onze boterhammekes op. We passeren Peterborough, bekend om zijn treintraditie en komen toe in Orroroo aan de poort van de alom geprezen Flinders Ranges. We rijden door tot Hawker van waaruit we morgen een eerste trip doen in het nationaal park. Intussen zijn de rollende heuvels vervangen door echte bergen.

U weet reeds dat de Australische wegautoriteiten u op alle mogelijke manieren wakker trachten te houden op de lange 'highways' door middel van ludieke spreuken (zie dag 11) maar ook door middel van het 'Driver-Reviver' concept. Dit is een kraam naast de autostrades of andere invalswegen waar gratis thee en koffie wordt geschonken, als lokmiddel om vermoeide automobilisten te doen stoppen en zo ongelukken te vermijden. Het geheel wordt gesponsord door serviceclubs Lions, Rotary en door de bekende Australische koffiefabriek 'Bushells'. Gepensionneerden houden het kraam open en worden om de 2 uur afgelost. Op die 10 minuten dat we daar een koffie dronken, horen we de helft van s'mans leven inclusief het feit dat hij 6 jaar geleden een Belgische uitwisselstudent een jaar gehuisvest heeft.

Dag 19------- 26 maart -------Flinders Ranges Nationaal Park -----150 km
Het was ene Matthew Flinders die de streek ontdekte. De Flinders is een bergstreek van een 400 km lang die in het noorden uitmondt in de Outback, de gevreesde roodkleurige woestijn van het Australisch binnenland. De fossielen die men er gevonden heeft, verraden dat het een van de oudste landschappen is van deze planeet. De grond en bepaalde kalkrotslagen zijn rood tot purper. Er zijn veel kloven (Gorges), Aboriginal wandtekeningen en 4x4 pistes tussen de bergkammen. Het is er ruig en zanderig. Hèt symbool van het park is Wilpina Pound (zie inspringende tekst hierna). We zullen vandaag en de volgende twee dagen een deel van het park ontdekken.
We vertrekken deze morgen vanuit Hawker richting Wilpina Pound. We slaan echter na een 30km de Moralana Scenic Drive in. We rijden langs de zuidkant van het Wilpina Pound gebergte. We rijden als het ware door een grote boomgaard waar de fruitbomen vervangen zijn door Eucalyptus bomen en de kiekens en konijnen door Euro's (kleine kangoeroesoort, uitgesproken als 'Joeroos'), schapen en parkieten. Via een tussenstuk verharde weg rijden we Brachina Gorge in. Eerst is de gravelweg nog te pruimen en vrij breed. Maar als we de pijl 'Brachina Gorge' zien, verandert de route in een echt 4x4 pad, zich slingerend tussen de bergruggen, op en neer en met veel steenslag zodat we niet meer dan 15km/h kunnen rijden. Dit ruig stukje weg is geflankeerd door kalkrotsformaties. We rijden langs heel dikke Eucalyptus bomen, door uitgedroogde rivierbeddingen. Elk moment kan ons 4x4 beest in twee scheuren, denk ik zo, langs dit parcours. Bovenop komt nog dat dit stukje piste gemarkeerd is met borden die info geven over de kalkrotsformaties qua kleur en ouderdom. Iets jonger dan 500 miljoen jaren vindt je hier niet. En met het gevoel 'middenin de natuur' te zitten, eten we s'middags terug ons boterhammekes met confituur op. Na twee uur ploeteren rijden we een zelfde weg op richting Bunyeroo Gorge, terug een 30 km lang, langs hetzelfde soort parcours. Langsheen de route geeft de Razorback Lookout een geweldig uitzicht op de vallei en op het Wilpina Pound gebergte. Deze twee kloven geven u een enorme natuur-adrenaline stoot.
Onze verkenning voor vandaag zit erop en we komen aan te Wilpina, de ingang van het fameuze Wilpina Pound.

Brachina Kloof --------------------------------- Bunyeroo Kloof

 

WILPINA POUND

Wilpina Pound is een plateau omcirkeld door gebergte, waarvan de hoogste piek 1.188m is. Het is dus een gigantisch, natuurlijk amfitheater van ongeveer 100 vierkante km: 15 km lang en 7 km breed. Van buiten het Pound, zie je de bergwand tot 500m recht naar omhoog gaan. Binnenin het Pound is de daling van de omcirkelende bergtoppen tot de vloer geleidelijker. Het dorpje Wilpina ligt aan de uitgang van het Pound. Je kan het Pound moeilijk vatten vanop de grond, des te beter vanuit de lucht. We gaan één van de volgende dagen een wandeling maken naar de top van een omcirkelende berg om een beter idee te krijgen van dit natuurwonder. In de Pound loopt weel wild rond: drie soorten kangoeroes, emoes, walibies. Pound is een oud engels woord voor veeopvang. Het gebied werd vroeger inderdaad gebruikt om vee te laten grazen en afsluitingen waren niet nodig.


2 x Wilpina Pound, gezien langs de buitenkant

Dag 20------- 27 maart------- Flinders Ranges National Park----- 175 km
Onze tweede dag in de Flinders zal er terug ene worden van kloofbezoeken. Intussen heeft Martine een speciale zit- en ligtechniek ontwikkeld om haar rug zo weinig mogelijk te belasten. We brengen eerst een bezoek aan de Cazneau Tree, een Eucalyptus boom (gum boom, zoals ze die hier noemen), die door Mr Cazneau gefotografeerd werd rond de vorige eeuwwisseling, bedacht met een ontroerend gedicht en vervolgens vele malen in de prijzen gevallen en op posters en kalenders afgedrukt. De bewuste boom staat aan de ingang van het Pound en is nog altijd alive and kicking (foto links). We hebben dit soort bomen constant gezien. Ze hebben een afgepelde, witte schors en een lichtgroen blad. Het worden echte mastodonten. We hebben zaad meegebracht naar huis.

Stokes Hill Lookout is de moeite omdat je vanop die heuveltop een prachtig uitzicht hebt op Wilpina Pound, eigenlijk op de lengtezijde van de oostkant van het Pound (foto). De kalksteen heeft een dieprode/paarse kleur. We rijden verder tot aan Blinman, 'the highest town in South-Australia'. We zien niet meer dan 15 huizen, waaronder een hotel, de post, een winkel en natuurlijk de onvermijdelijke openbare toiletten. Martine, als dagelijkse bezoekster van de openbare wc's, beaamt nogmaals de properteit van de installaties. We passeren ook het golfterrein van Blinman, zonder ook maar één sprietje ges te zien. Glass Gorge is de eerste kloof van vandaag gekenmerkt door gekleurde leisteenformaties en minder ruig dan gisteren. Daarna draaien we de Angorichina Gorge in voor nog eens 20 km natuurspektakel en onverharde wegen van het kaliber van gisteren. In het dorpje Angorichina, zeker 3 huizen èn een openbaar toilet, worden we verwelkomd met het bordje: 'Welcome to real people only, no yuppies'. Geweldig toch die Australiërs. We nemen onze middagbreak in de Angorichina kloof aan het eindpunt van de Heysen trail. De Heysen trail is een lange afstandstrek van maar liefst 1200 km, startend ten noorden van Adelaïde tot en met de Flinders gebergten. Als je hem wil stappen, neem je liefst enkele weken verlof.
We rijden in de namiddag naar Chambers Gorge (foto), uiteindelijk de spectaculairste kloof van allemaal. We rijden daarvoor eerst 60 km langs onverharde wegen naar een andere bergketen. Soms lijken de Flinders me een plateau met strips van bergketens en daartussen vlakke delen bedekt met rood zandwoestijn. In die 60 km kom je geen dorpje tegen en in ons geval hooguit 2 auto's. En dan zien we aan een kruispuntje een pijl naar de Chambers kloof met nog 9 km te rijden. We slaan de zijweg in en dat worden de ruwste 9 km die ik ooit aan het stuur van een auto gereden heb. Zonder 4x4 mag je het vergeten en ons beest mag hem hier eens uitleven. Het piept, kraakt en breekt net niet in stukken op deze met putten en stenen bezaaide piste, door uitgedroogde rivierbeddingen en over lange geribbelde stroken baan. Maar het loont de moeite want we komen aan temidden een met vertikale rotswanden afgebakende kloof en trekken in dit kleine paradijs onze handrem toe en genieten van onze Victoria Bitter, onze vissteaks, maar vooral van elkaar, van de stilte en het alleen zijn.

Dag 21------- 28 maart -------Flinders Ranges National Park----- 170 km
We verlaten ons idyllisch plekje en worden de eerste 9 km s'morgens vroeg dooreen gerammeld op datzelfde venijnig stukje ribbelweg van gisteren, waar we onderweg 3 emoes doen wegvluchten en aan het eind ons keelstuk en onze endeldarm terug op hun plaats steken.
We rijden terug richting Wilpina, 120 km verderop langs brede en vrij goed berijdbare gravelwegen. Zoals gebruikelijk worden het eenzame kilometers en af en toe spookt het door mijn hoofd: 'we gaan hier toch niet plat vallen'. Onderweg zien we meer kangoeroe kadavers dan gemiddeld. Deze brave grazers worden door truckchauffeurs en 4x4 jeeps opgeschept als hun pad dat van de chauffeur kruist. We rijden terug door dorre woestijn en door stroken gebergten waaronder de Bunker Ranges, de Grindstone Ranges en de ABC Ranges. Dit is al speciaal; door de Outback rijden moet helemaal de max zijn.






Na 2 ½ dagen en 450 km door de Flinders gecrosst te hebben (zie foto's boven), is het tijd voor een wandeltocht. Ik kies voor de 3,4 km klim naar Mount Ohlssen Bagge die volgens het folderken 4 uur duurt (H/T), hard is, met 'excellent views of Wilpena Pound (daar doen we het voor) and diverse reptile life'. Van dat laatste heb ik niet veel gemerkt dan een paar hagediskes die van voor mijn voeten wegritsen. Maar hard is het. Ik heb de tocht serieus onderschat en de klim is steil en op het laatst is het rotsklauteren, iets wat ik sinds het Mont-Blanc débacle, niet echt meer wou doen. Maar ik volhard en na een kleine 3 uur klimmen kan ik genieten van het Wilpina Pound vanuit de hoogte. Het is inderdaad een merkwaardige cirkelende beweging van het gebergte en het heeft de vorm van een hoefijzer. Ik zie in de verte nog het glimmende wit van het Torrens zoutmeer.
We rijden in de late namiddag terug naar Hawker waar de ontdekkingsreis in de Flinders 3 dagen geleden begon. We vallen gelijk een hoopken ineen en het is amper 20h als we de slaapzak opzoeken. Finito Flinders.
Typische begroeiing op Mount Ohlssen Bagge.


Dag 22------- 29 maart -------Mid-North----- 460 km
De Mid-North is de streek tussen de Flinders Ranges en Adelaide, het gebied dat we moeten overbruggen om in Adelaide te geraken, de derde grote stad die we aandoen op onze reis. Martine fleurt op. Deze morgen rijden we nog door de uitlopers van de Flinders Ranges en nemen dan in Port Augusta de A1 autostrade naar Adelaide, de Eyre Highway genaamd. Het is die snelweg die de schrikwekkende Road Trains gebruiken voor hun ritten naar Darwin in het noorden van het land, de bovenkant van Australië. Een Road Train is een truck + 1 of 2 aanhangwagens die even lang zijn of de truck zelf. De totale lengte van het gevaarte is dus enkele 10-tallen meter. Voor- en achterbumper vermelden duidelijk dat het een 'Road Train' is. Men is gewaarschuwd. We zien ook politiewagens waarop de bumper achteraan een doordenkertje geschreven staat: 'Think first, than dial' (eerst nadenken, dan bellen).
We volgen al sinds Port Augusta een spoorweglijn en ik begin me te realiseren dat dit het spoor is waarop de legendarische Ghan trein rijdt, de verbinding tussen Adalaide en Darwin in het noorden, zoals de trucks dwars door de Outback. 47 uur doet hij over de 3.006 km. Als we in de verte een trein zien aankomen, begin ik toch te zweten van de gedachte alleen dat het de Ghan zou kunnen zijn. Het is echter die andere legende, de Indian Pacific, die dit stuk spoorlijn deelt met de Ghan en die rijdt van Sydney in het oosten naar Perth in het westen, met een 'tussenstop' in Adelaide. 65 uur doet hij over de 3.869 km.
We komen aan in Adelaide, terug naar de bewoonde wereld. We rijden over wijde boulevards dwars door het centrum richting West Beach en stoppen daar ons 4x4 beest, klof aan t'strand. We spuiten al het rode zand en stof van ons beest mee de lanse, en ook van ons onder de douches van de kampeerplaats. Er is terug een busaansluiting naar t'stad, zo'n 8 km verderop, waar we de avond doorbrengen en ook een internetcafé binnenstappen en contact zoeken met het thuisfront.

Adelaide is zoals Melbourne en Sydney een stad aan de Stille Oceaan en telt 1 miljoen inwoners. Mount Lofty en het gelijknamige gebergte omringen de stad. Het heeft een aantal overeenkomsten met Melbourne. Ook hier noemt het centrum van t'stad 'The City', heeft het ook de vorm van een rechthoek met alle belangrijke winkel- en andere straten. Ook hier splitst een rivier, de Torrens River, de stad in een noordelijk deel en een zuidelijk deel (The City), maar er wordt niet zoveel tam tam gemaakt over beide delen van de stad zoals in Melbourne. Het noorden is een residentiële wijk, het zuiden het business en toeristisch centrum. Er is veel minder hoogbouw en de stad is veel groener, met veel ruimte en brede straten. De stad lijkt meer ontspannen dan Melbourne. Voor de rest de bekende ketens, de cafés, de restaurants, een aantal mooie Victoriaanse gebouwen en de universiteit. En wat St Kilda is voor Melbourne is Glenelg voor Adelaide: stad's meest geliefde strand en uitgangsbuurt.

Dag 23------- 30 maart -------Adelaide
We komen moeilijk in gang vandaag maar nemen laat in de morgen toch bus 278 richting The City alwaar we een gratis toeristenbus nemen die ons voorbij de voornaamste plaatsen van de stad brengt. Eén van zulke punten is het Migration Museum. Wij zijn hoegenaamd geen museumgangers maar deze uitzondering is wel de moeite waard want het stelt in woord en beeld voor hoe de Europeanen hier naartoe kwamen, de samenwerking en de gevechten met de inheemse bevolking (de Aboriginals). En alhoewel Australië nooit een oorlog uitgevochten heeft op zijn grondgebied, heeft het toch deelgenomen aan WW1, WW2, de Golfoorlog, enz… telkens als (politiek) bevriende natie van Engeland en de VS. Typisch in de grote steden zijn de Food Courts, een soort voedselarena's waar allerlei kramen alle soorten bereid voedsel aanbieden (alle aziatische en europese gerechten) die je op je bord schept, heel weinig geld voor betaalt, en je dan zet aan één van de honderden tafeltjes op het 'middenplein'. Veel eten voor je geld in een soort reusachtige refter.
S'namiddags slenteren we door de winkelstraten, bekijken we mensen en doen terrasjes. De Australiërs lijken ons mollige en gelukkige mensen.

Uit kerieuzeteit stappen we het 'Belgian Beer Café' binnen. Bij de ingang staat: 'Beer is to Belgum as wine is to France and whisky to Scotland'. Een goed begin, vind ik. De kaart vermeld 26 'imported best brews', waaronder heel wat Trappisten, Leffe, Duvel, Stella, Kriek. Geen Palm, dus drink ik maar een blonde Leffe en Martine een Bellevue Framboise. En ge moet die diensters eens Westmalle Tripel horen uitspreken; om u een kriek te lachen. De portie frieten in de puntzak heeft veel succes bij de cafégangers.
Ik koop een hemd in een kledingzaak waar de verkoper sympathiek wil zijn: 'On holidays?' Ja ja. En dan de onvermijdelijke gissingen van waar we zijn. Ik weet al op voorhand welke landen ze gaan noemen. 'Are you from Germany? The Netherlands?'. 'Don't insult me', repliceer ik, en we proesten het allebei uit.

Bus 278 brengt ons s'avonds weer naar huis.

Dag 24------- 31 maart -------Adelaide
Vandaag is de laatste echte vakantiedag. De volgende twee dagen zijn reisdagen. Vandaag brengen we ons 4x4 beest binnen met 4.200 km 'in de wielen' en we boeken meteen ook een overnachting in het Airport Motel, dicht bij de luchthaven. We hebben onze vierwieler mooi afgespoten en hij blinkt onder de zon. Het was een gemengde ervaring. De harde vering en de kwaliteit van de Australische banen deden Martine geen goed in de rug. Maar daartegenover hadden we altijd onze keuken en bed mee. Meestal moesten we naar een betalende kampeerplaats (gemiddeld 14 € voor 1 dag) om water en electriciteit aan te 'vullen'. De gemiddelde kost per dag van deze rijdende woning (huur+kost kampeerplaatsen+benzine) is 112 €.
We slenteren rond in Adelaide stad, wandelen naast de Torrens rivier en brengen een bezoek aan de Adelaide Oval, naar het schijnt het mooiste cricket stadion ter wereld (foto). Ze spelen hier ook Australian football en rugby. Het ovaal is de thuisbasis van de Rednecks.

 


 

S'namiddags trekken we naar het mondaine strandplaatsje Glenelg voor een wandeling door de winkelstraat en voor een laatste uitgebreid diner om onze reis af te sluiten. We kiezen voor het Fizz restaurant met uitzicht op de Oceaan op het moment van een ondergaande zon. Dit is één van de mooiste zonsondergangen ooit gezien (foto's). We vergapen ons aan de pastelkleuren die de zon, éénmaal onder de horizon gedoken, schildert op het volledige hemelvlak. Een visgerecht met een fles rode wijn en kennismaking met Nieuw-Zeelanders sluiten deze perfecte avond af.

Bus 278 brengt ons s'avonds naar het Airport Motel. Het openbaar vervoer in Australië: I love it.


Dag 25------- 1 april -------Adelaide-Sydney-Kuala Lumpur
Om 4h30 s'morgens worden we gewekt. Dit is geen aprilgrap maar de sérieux zelve want om 5h nemen we het shuttlebusje naar de luchthaven. Om 6h10 vertrekt ons vliegtuig naar Sydney. Onze medepassagiers zijn een allegaartje van zowel toeristen, zakenlui in armani pak maar ook jonge kerels in T-shirt, bermudabroek en zeesletskes. Rond 8h30 landen we in Sydney en zien nogmaals - ditmaal vanuit de lucht - de prachtige klifrotskust en de monding van de Parramatta rivier. Na de middag nemen we de vlucht naar Kuala Lumpur met Malaysian Airways. In het opstijgen zien we nogmaals de Opera, de Harbour Bridge en de wolkenkrabbers van downtown. Een mooier afscheidszicht kan Australië ons niet geven (foto onderaan).
Tijdens de vlucht kunnen we de ene film na de andere bekijken (keuze uit 30 films!) via ons geëigend LCD-scherm in de achterflap van de zetel voor ons. Ik kan er zelfs mijn eigen muziekkeuze samenstellen via de menu 'My Jukebox'. Spijtig genoeg hebben ze niet de muziek van die ene rockgroep…


Dag 26------- 2 april
We landen s'morgens om 7h lokale tijd in Parijs. De aanlevering van onze bagage is zo traag in die betonnen bunker die Charles de Gaulle luchthaven noemt, dat we de Thalys naar Brussel missen. We hadden nochtans 1,5 uur de tijd tussen landing en vertrek trein!! Omdat we een goedkoop treinticket hebben die niet inwisselbaar is, zijn we verplicht een nieuw ticket aan te kopen. De Fransen werken die dag echt op mijn zenuwen. Maar éénmaal in Belgie, kwijnt de zenuwachtigheid weg en worden we ons bewust dat de vakantie over is bij het zien van Tom die ons komt ophalen. Op onzen buik: gien sanse.

Afscheidsbeeld van Sydney vanuit het vliegtuig naar Kuala Lumpur

 

 

Als we naar de kaart van Australië kijken en we duiden er onze route op aan, dan komen we ocharme aan een lijntje van enkele cm's, maar dat lijntje is in werkelijkheid wel 4.200 km lang en bracht ons van een wereldstad naar blauwe bergen en verder naar alpijnse parken met veel wolken en regen. Dan ging het naar Australië's tweede stad om daarna kennis te maken met apostelen en martelaren en dan terug het binnenland in naar wonderland. Wijn- en fruitstreken, valse kleine en grote woestijnen, Afrikaans aandoende landschappen en Australië's heilige rivier hebben we allemaal bekeken om zo een gemeente binnen te rijden met 3 r's en 4 o's, aan de ingang van een park met s'werelds oudste landschappen en kloven. Daarna reden we langs een legendarische spoorlijn naar Australië's derde stad met een prachtige naam. Daar steeg onze vlieger op naar huis, via via. En de leute was uit. Op onzen buik: gien sanse.

 

TERUG NAAR: NEW SOUTH WALES_____________________________________-____ TERUG NAAR: VICTORIA