Reisverhaal
THAILAND (Jan 2015)
Dag
1 -----Zaterdag 3 januari
We
vertrekken uit Brussel om 13u30 met een rechtstreekse vlucht naar
Bangkok voor een vlucht van een kleine twaalf uren. Reken daarbij
zes uur tijdsverschil en ...
Dag 2 -----Bangkok -----Zondag
4 januari
...
het is 7u in de morgen als we landen in Bangkok. Altijd leuk als
een afgevaardigde van het reisbureau een plakkaatje met
onze namen in de hoogte houdt en ons naar het hotel voert. Vooral
na een nachtvlucht zonder nachtrust.
Vandaag
houden we het rustig met slechts één doel: The
Grand Palace bezoeken. Ik verwijs naar mijn eerder verslag
over Bangkok (zie
reisverslag Bangkok Citytrip - dag 3) voor een beschrijving
van dit prachtig paleizendomein.
Ik wil enkel nog aanvullen dat dit voorheen een koninklijk paleis
was en wij nog nooit zoveel goud gezien hebben. De buitenmuren
van hele gebouwen, gevels en torens zijn belegd met bladgoud,
een fortuin waard en eigenlijk best een beetje decadent.
We laten ons daarna per tuktuk, een soort bromfietstaxi-met-overkapping,
voeren naar Siam Square, alwaar vrouwlief kan winkelen
en waar we toch wel op de gevel botsen van het Hard Rock Café
zekerst. Het wordt onze eerste lunch op Thai grondgebied.
's Avonds laten we ons verloren lopen in de uitgangsbuurt van
Bangkok, Khao San Road, een mekka van rugzaktoeristen.
Dag 3 -----Bangkok-----
Maandag 5 januari
We
springen deze morgen samen met onze gidse op een tuktuk richting
pier alwaar we de Khlongs van Bangkok zullen bezoeken.
Wat de reien zijn voor Brugge, zijn de Khlongs voor Bangkok, namelijk
kanalen die door de stad snijden. In feite zijn het zijriviertjes
van de Chao Phraya rivier die zich nestelen in het stadsgedeelte
aan de 'overkant' van de rivier van waar nu Bangkok downtown is.
De toeristen mogen op de zogenaamde 'longtail' bootjes plaatsnemen,
lokale smalle boten waarvan de motor niet buitenboord hangt, maar
binnenboord. De kapitein bedient een lange stalen staaf om te
sturen. Daaraan hangen de versnellingen, verderop loopt de staaf
dwars door de motor, die halverwege hangt, en onderaan draaien
de schroeven. Deze design van boten was mij tot nu toe onbekend.
Maar
vooraleer we zo'n vehicel 'boarden', bezoeken we eerst de versmarkt.
Alle dagen is er een vroege versmarkt voor vis, vlees, groenten
en fruit waar de de Thai zijn inkopen doet. Het is niet zo erg
als in China, maar toch zien we rare dingen als kikkers en vooral
- alsof het een hype wordt -insecten, krekels en wormen en meer
van dergelijk ongedierte.
De longtailboot vaart ons onder Bangkok's langste hangbrug over
de Chao Phraya rivier naar de Khlongs. We zien het leven van de
doorsnee Thai vanaf de rivier. Veel paalwoningen, sommigen nog
van hout, worden afgewisseld met af en toe een villadomein of
een tempel. Het waren de Khlongs die vorig jaar het overvloedige
water niet konden slikken en een deel van Bangkok blank zetten.
Het is een raar zicht om electriciteitspalen uit de kanalen te
zien rijzen en die de paalwoningen van de nodige energie voorzien,
alsof het overstroomde straten betreft.
Af en toe zien we een reiger of een eekhoorn, maar zo'n tocht
vertelt meer over de manier hoe mensen leven in een grootstad,
langs het water.
Na anderhalf uur zit de tocht erop en vullen we onze namiddag
door ons een tweede maal te verliezen in de uitgangscoté
Khao San Road. 't Is daar geestig.
Sprokkels:
Mijn aversie voor taxichauffeurs krijgt terug een boost als
ze weigeren hun meter aan te zetten en ons enkel willen vervoeren
voor een afgesproken, veel te hoge prijs. We moeten voet bij
stuk houden en net niet uit de taxi stappen, om hen te dwingen
de meter aan te zetten. De nieweirds.
De tuktukkers hebben helemaal geen meter en daar ben je overgeleverd
aan de onderhandelingen.
Dag 4----- Khao Yai National Park-----
Dinsdag 6 januari
We
nemen het openbaar vervoer naar het Khao Yai National Park ten
noorden van Bangkok. Het is een bustocht van drie uur. We stappen
af in het plaatsje Pak Chong. Daar staat de gezant van onze lodge
te wachten met een bordje met onze namen erop, correct gespeld.
We klimmen in de laadbak van een pick up waarin twee banken gemonteerd
zijn om een half uurtje later toe te komen ergens in niemandsland,
de rust zelve.
De 'resort' is de som van verschillende gebouwen met ruime kamers,
een open-air restaurant, kruidensauna en twee zwembaden. 's Avonds
horen we enkel krekels.
Maar vooraleer het avond wordt, doen we een uitstap naar de vleermuisgrot.
Tegen schemerdonker staan we met een twintigtal toeristen te wachten
totdat uit een gat, hoog in de bergwand, vleermuizen hun grot
verlaten. En rond zes uur is het zover. Een vol uur lang verlaten
slierten vleermuizen de grot en vormen een grote slang in de lucht.
Ze
zullen de ganse nacht op pad zijn op zoek naar voedsel, voornamelijk
insecten. Maar ook zijzelf zijn in gevaar want een vijftal buizerds
weten ook dat ze op post moeten zijn rond zes uur 's avonds want
minstens vijf vleermuizen zullen er het bijltje bij leggen. Geeft
niet hoor want de gids vertelt ons dat er miljoenen diertjes hun
grot verlaten. Als er daarbij enkele de geest geven, wordt de
populatie niet echt uitgedund temeer dat die diertjes tweemaal
per jaar zwanger zijn.
filmpje
Vleermuisexodus
Sprokkels:
Chip onze gids is destijds uitgegleden en met zijn hoofd op
een betonvloer terecht gekomen, drie maanden in de coma gelegen
en er een hersenletsel aan over gehouden. Het resultaat is dat
hij moeilijk kan spreken en dus redelijk onverstaanbaar is.
Maar de man is zo positief ingesteld en zo sympathiek dat we
ons best doen om hem te begrijpen en hem als volwaardig te beschouwen.
Dag 5----- Khao Yai National Park
-----Woensdag 7 januari
Deze
morgen vertrekken we in dezelfde pick up als gisteren met zijn
gelaste zitbanken, voor een lange dag in het Khao Yai NP.
We zijn in het gezelschap van drie Duitsers, Chip de gids en Pong
de chauffeur.
Khao Yai is Thailand's eerste officiële erkende nationaal
park van september 1962 en meet 2200 km2. Het ligt minimum 400m
boven de zeespiegel. Binnen zijn grenzen is er dichte jungle,
watervallen maar ook olifanten, tijgers, herten, wilde varkens,
apen en meer van dat.
Eerst bezoeken we een uitzichtpunt over de vallei. Langs de weg
ernaar toe kijken tientallen makaken met hun jongen naar de passerende
wagens en wij naar hen. We zien ze later ook in de jungle, springend
en zwierend van de ene tak naar de andere. Ze tarten de wetten
van de zwaartekracht maar vallen doen ze niet.
Onze gids en chauffeur hebben een soort verrekijker bij op statief
en die gebruiken ze bij elke gelegenheid. Ze stoppen voor alle
vogels die ze zien. Hoe ze die zien tussen het dichte bladerdek
is me een raadsel. Ze worden helemaal lyrisch bij het zien van
een neushoornvogel, een grote vogel met een nog grotere bek.
In
de namiddag staat er een jungletrek op het programma. Gedurende
drie uur wordt ons de flora uiteen gedaan, maar helaas zien we
weinig fauna. Veel olifantenstronten, echter geen olifanten. We
stijgen tot aan een houten uitkijktoren op een heuveltop met een
mooi uitzicht op de dichte jungle. Maar net als we de moed opgeven,
gebeurt het onverwachte, de strafste stoot van de dag. Onze gids
gesticuleert druk, maant ons aan tot stilte, installeert zijn
verrekijker en laat ons 'genieten' van de wreedheid van de natuur.
Een wilde hond en een reuzevaraan eten broederlijk naast elkaar
het karkas op van een hert. We zien hen de stukken vlees uit de
romp trekken van het hert. We slaan dit gade van op een afstand,
want we willen vooral niet als lokaas dienen.
Daarna dalen we steil af naar een bergriviertje waar we een krokodil
spotten aan de overzijde. We wandelen verder tot bij een hevige
waterval die in een soort uitgesleten grot dondert. De waterval
vormde het decor voor de film 'The Beach' uit het jaar 2000 met
Di Caprio.
In het terugrijden wordt er plots flink op de rem geduwd. Onze
chauffeur heeft een olifant-in-het-struikgewas gezien. We worden
aangemaand stil te zijn en hem te begluren zonder dat hij er erg
in heeft, want de olifanten in die streken hebben een agressief
kantje, wordt ons gezegd. We zien hem door de dichte jungle, maar
horen hem vooral de takken naar beneden trekken om de bladeren
te verorberen, zo'n een 200kg per dag.
Dag 6----- Ayutthaya
-----Donderdag 8 januari
Voor
de tweede maal op deze reis steunen we het Thai openbaar vervoer.
We nemen deze morgen een boemeltrein vanuit het treinstation van
Pak Chong naar onze volgende bestemming. De loketbediende aan
wie we de treinticketten kopen, merkt ons op dat de trein een
kwartiertje vertraging heeft, gevolgd door een minzaam lachje.
Waarschijnlijk is dit de normaalste zaak ter wereld.
Pak Chong treinstation bestaat uit één kade, twee
sporen, een info-desk en veel verwilderde honden, die over de
sporen lopen, constant ruzie maken en grommen. We moeten ze wegjagen.
Na een reis van twee uren door een monotoon landschap komen we
aan in één van de oude koningssteden van Thailand:
Ayutthaya, uitgeroepen tot Unesco Werelderfgoed.
Rond de 12e eeuw was Ayutthaya één van de welvarendste
koninkrijken van Zuidoost Azië, met paleizen, tempels en
olifanten die uit gouden kommen aten. Uiteindelijk verloor de
stad haar macht, en de tempels verwaarloosden. En vervallen tempels
zien we zowat overal in 't stad. De met rode bakstenen gemetste
torens brokkelen af en vele plaatsen worden niet meer gerestaureerd.
Ayutthaya bestaat uit twee delen: het eiland en de overkant van
de rivier. Vandaag maken we een boottocht op de rivier rondom
het eiland en stoppen aan drie tempels aan de 'overkant'. Na een
uur of twee komen we terug aan bij de startplaats. Op het plein
staat de nachtmarkt al opgesteld maar stel je er niet te veel
bij voor. Het valt op dat de stad een belangrijke moslimgemeenshap
heeft. Tussen de boeddhistische tempels viel ons een moskee op.
Langs straat zie je veel gesluierde vrouwen. En op de nachtmarkt
zie je halal kraampjes.
Sprokkels:
Bij het bezoek aan één van de tempels vliegt plots
een drone boven ons hoofd en landt naast de tempelsite in het
dorp waar de boeddhisten leven en wonen. Ik heb het al ondervonden
in Tibet en Nepal dat die kerels niets te kort komen en veel
geld collecteren van hun gelovigen. En ze houden van snufjes
als de nieuwste iPhones en maken verre reizen. Die drone is
zeker hun laatste speeltje. Maar het is hen gegund want het
zijn vredelievende mensen en met hun geld kopen ze geen wapens
wat niet van andere religies kan gezegd worden.
Dag 7----- Ayutthaya-----
Vrijdag 9 januari
Martine
bekomt van haar val gisterenavond in een twee meter diep gat toen
plots het voetpad stopte en we niet alert genoeg waren. We gaan
deze morgen terug naar plaats delict en beseffen dat ze een straffe
engelbewaarder heeft. Een kloof pal naast de weg, zonder verlichting,
van twee meter diep had veel ergere gevolgen kunnen hebben. Dus
we prijzen ons gelukkig met een dikke knie en pijnlijke ribben.
Ik
huur een fiets om enkele tempelsites in 't stad te bezoeken.
Het flyertje geeft namen van zo maar eventjes 58 sites verspreid
over gans de stad. Sommigen staan vrij en anderen zitten gevangen
tussen de huizen en de appartementen. Wat Maha That (Wat = Tempel)
staat in een vijverpark en heeft de mooiste ligging. Maar de tempels
en torens zelf lijden aan dezelfde ziekte als alle anderen: afbrokkeling.
De combinatie van links rijden en druk verkeer houdt mijn focus
gaande. Brommertjes, tuktuk's en auto's lijken uit alle richtingen
te komen. Maar ik blijf bij de zaak en rij verder langs nog meer
tempels. Niets springt er echt uit en ik vind het een beetje eenheidsworst.
Nu moet ik toegeven dat ik lijd aan de ongeneeslijke ziekte 'tempelitis',
wegens een overdaad aan tempels uit het verleden. Er bestaat nog
geen vaccin noch pillekes. Maar een tempelfreak komt hier
met 58 stuks ruim aan zijn trekken.
Ik ben terug tegen de middag, checken uit en worden naar het station
gebracht alwaar we de express trein nemen naar Bangkok. We komen
toe om 13u30, kopen twee tickets en zien dat 'departure time'
13u17 is.
'The train is late by half hour', zegt het loketmadammeken.
Terug gevolgd door een sardonisch lachje. Anderhalf uur later
komen we aan in Hua Lumphong, Bangkok's voornaamste treinstation,
nadat we onderweg gestopt zijn in plaatsjes als Changkrak, Laksi,
Bang Sue en Samsen. Het laatste half uur rijden we traag door
Bangkok stad naast belangrijke bouwwerken. Er wordt geïnvesteerd
in de Skytrain, snel openbaar vervoer in de hoogte op peilers.
Dus we kunnen besluiten dat we Bangkok bezocht hebben per tuktuk,
vanaf het water en nu vanuit de trein.
We zijn mega-sponsors geworden van het Thai openbaar vervoer:
met de bus naar Khao Yai, dan twee boemeltreinen en vanavond de
nachttrein naar het 650 km zuidelijker gelegen Surat Thani. 't
Is altijd geestig om eens met andermans openbaar vervoer te reizen.
Gelukkig vertrekt de nachttrein uit hetzelfde station als waar
we toekomen vanuit Ayutthaya. Het is lang geleden dat we nog in
treincouchetten geslapen hebben. Als we op de rode knop
in onze couchette drukken, komt de vriendelijke garde de zitplaats
omtoveren in een stapelbed voor twee. Hij heeft lakens en een
deken mee. We spreken af dat hij ons om 6u wekt, een uur voordat
we aankomen in ons eindstation.
Dag 8 -----Khao Sok Nationaal Park-----
Zaterdag 10 januari
Om 6u is er niemand te zien om ons te wekken. Mijn telefoon heeft
me gewekt. Rond kwart voor zeven ga ik uitleg vragen aan de vriendelijke
meneer van de Thaise spoorwegen maar die lacht mijn opkomende
stress weg.
'The train is one hour late'. Een bekend antwoord de laatste dagen.
Dat uur worden er uiteindelijk twee als we om 9u stoppen aan het
station van Surat Thani, onze eindbestemming. We worden
onmiddellijk aangevallen door kerels die ons slaping willen verkopen
en tours. Maar de gids van het reisbureau brengt redding en met
hem rijden we twee uur verder tot aan de rand van het Khao Sok
Nationaal Park.
Het park wordt gekenmerkt door dicht begroeide karstbergen, regenwoud
en snellopende rivieren. We logeren in een basic, houten bungalow
aan een rivier in de jungle.
We zien al meteen dezelfde apensoort als in het vorige park Khao
Yai, de langstaart makaken. We verkennen de omgeving en worden
door een regenbui verplicht een bar in te duiken. Het zoveelste
lokale Singha pintje wordt ons deel.
We maken de avond vol met het betokkelen van onze smartfoon
en het lezen van de terroristische aanval in Parijs op de journalisten
van Charlie Hebdo. Man, man waar gaat dit eindigen?
Dag 9 -----Khao Sok Nationaal
Park -----Zondag 11 januari
Nog
vooraleer de wekker afgaat, worden we wakker door de junglegeluiden.
Geluiden die nogal onbekend zijn in onze contreien, dus wordt
ne mens daar wakker van.
We
starten vandaag een dagtour doorheen het regenwoud van het Khao
Sok Nationaal Park. Ik vertrek met mijn persoonlijke gids
want ikzelf vorm een groep van één persoon. Na de
administratie aan de ingang van het park, begint het pad direct
te klimmen. Het is vandaag heet en vochtig en ik begin onmiddellijk
te zweten. De eerste zes km is het pad begaanbaar. Alhoewel beer,
tijger en olifant deel uitmaken van de dierenpopulatie, moeten
we het vooral hebben van de natuur, de planten, de bomen en reuze
bamboebomen. De wilde beesten zijn beperkt tot de langestaart
makak, gekleurde vogels en spinnen. Als speciallekes zien
we de kongingseekhoorn, een kameleon en hagedissen met vleugels,
die hen helpen de bomen op te rennen.
Af en toe komen we aan de oever van de rivier waar rotsen zorgen
voor rapids of een kleine waterval. Daar eten we ons lunchpakket
op.
Inmiddels zijn we begonnen aan vier km geaccidenteerd parcours.
Een smal en ruig pad volgt de snellopende rivier van het park,
steil op en neer en waar boomwortels voortdurend in de weg liggen.
Lianen moeten ons soms helpen de helling op te gaan of af te dalen.
Je ruikt de lucht van de grond en de planten en de vochtigheid
slaat toe. Op dit pad heb ik last van de smerigste dieren, mega-nieweirds:
bloedzuigers. Maar ook last van de heupen, maar ik zal u mijn
medische dossier besparen.
Plots stapt de gids verschrikt achteruit en botst tegen me op.
Een lange slang kruist letterlijk ons pad en de gids heeft er
bijna op getrapt. Ze heeft een rode kop en een rode staart. Mijn
gids staat nog te beven en ik beef een beetje mee. De man is echt
moeten bekomen van het verschieten en van de gedachte dat hij
door een giftige slang kon gebeten worden.
De neushoornvogel, die we trouwens ook gespot hebben in het vorige
junglepark, krijgt hier echter een speciale vermelding. We hebben
hem niet gezien maar wel gehoord. Op het ritme van Pulse van Pink
Floyd, horen we een 'oe' geluid en dan weer om de twee seconden.
Dit duurt een minuut of twee, dan verhoogt het ritme om uiteindelijk
- lijk een orgasme - te eindigen in 'oe oe oe' gevolgd door een
schaterlach. En dan stopt het. Het is enorm raar om het lawaai
van een lach te horen uit de bek van een vogel.
Het is een stuk in de namiddag als we terug aan de ingang staan
van het park. Ik vind dat ik een massage verdien, dus neem ik
afscheid van de gids en stap een massagesalon binnen.
Dag
10 -----Ko Samui-----
Maandag 12 januari
Vandaag maken we de transfert van het Khao Sok park naar het eiland
Ko Samui. De van met chauffeur komt ons ophalen om 8u30
om met ons drie uur te rijden tot aan de pier net buiten Surat
Thani aan de oostkust van Thailand. Ko Samui is het grootste eiland
aan de oostkust en populair bij toeristen. De oostkust ligt aan
de Golf van Thailand, terwijl de westkust, met Phuket als meest
gekend oord, aan de Indische Oceaan ligt en tien jaar geleden
slachtoffer was van de moordende tsunami.
Klokslag noen vertrekt de ferry naar het paradijselijk eiland
Ko Samui, één van de vele parels uit de Golf. Anderhalf
uur later meren we aan en worden we getrakteerd op een tropische
regenbui. Alhoewel we onder een overdekt gangpad staan, worden
we nat van het opspattend water incluis onze reiszakken. En op
die momenten komen de taxichauffeurs ons lastig vallen met veel
te hoge tarieven naar onze eindbestemming, een bungalowpark dicht
bij het Lamai strand.
'Please put your meter on', vraag ik, maar krijg onmiddellijk
een 'no' geserveerd.
'Why not', probeer ik nogmaals.
'No'
En dus moeten we afdingen, wetende dat we met dit weer geen kant
uitkunnen.
Het is 15u als we in ons 'resort' aankomen, een bungalowpark die
uitloopt op een knalwit strand met palmbomen gelegen in een kleine
baai, Crystal Bay en omsloten door hoge rotsen.
We leggen onze kleren en onze reiszak te drogen op ons balkon.
Na een nogal inspannende eerste week, leggen we er deze week de
riem af.
Dag 11 - 14 -----Ko Samui Dinsdag
-----13 januari - Vrijdag 16 januari
De riem afleggen betekent niets doen, gevolgd door niets doen,
een boek lezen, verslag schrijven, massage, op 't strand liggen,
zwemmen en de online-krant lezen. Ik lees dat niet Van Aert maar
Vantornout Belgisch kampioen cyclocross geworden is in Erpe-Mere.
En ja vrouwlief houdt wel van de verschillende winkeltjes langs
de hoofdstraat van het naburige Chaweng, terwijl de barretjes
ook niet onaardig zijn. We vinden een compromis.
Chaweng is de uitgangscoté van het eiland en de
lange straat, ik schat zo'n drie kilometer, is langs beide kanten
volgestouwd met winkeltjes, bars, eettenten en hotels. Zijstraatjes
leiden naar het strand met nog meer bars en de wat sjiekere strandrestaurants
met zicht op zee. Op de stranden worden de fameuze half moon en
full moon party's georganiseerd.
Echter het slechte weer gooit roet in het eten. De temperaturen
zijn hoog maar de bewolking ook en iedere dag krijgen we een vlaag
in onze nek. We hadden zo graag het eiland per brommer verkend,
maar dit onderdeel valt in het water. De term 'paradijselijk eiland'
wijzigen we in 'eiland'.
Maar
niet getreurd. We boeken een tour naar het Angthong Marine
Park voor een dagexcursie in een omgebouwde vissersboot. Het
park is een archipel van 42 eilandjes. Deze 42 'bounty' pareltjes
zijn kalkstenen eilandjes omgord - onder water - door koraalriffen
en afgelijnd met zandstrandjes tussen rotspartijen door. Het is
er eeuwig groen door de begroeiing met regenwoud.
Het is anderhalf uur varen naar dit marinepark met een dubbeldekse
toeristenboot waarop we kunnen zitten, liggen, eten en zonnen.
Bij vertrek krijgt iedereen een pilletje tegen zeeziekte want
'the sea is very rough out there' vertelt ons de bootgids, een
dikkere versie van Bob Marley. Inderdaad we gaan op en neer, van
links naar rechts en het stopt niet met regenen. Ondanks de pilletjes,
zijn er toch een paar die een extra plastiek kotszakje nodig hebben.
Bij
aankomst in de archipel is het lichte stormweer gaan liggen en
worden de zeekayakkers vanuit de boot te water gelaten. Ze varen
met een gids rond één van de eilanden, tegen de
kustlijn en soms onder overhangende rotsen. De rest gaat snorkelen
of ligt op één van die witzand-strandjes. Op het
programma staat ook een zeer steile trek naar de top, met behulp
van klimtouwen, voor een adembenemend uitzicht op alle eilandjes
van het park.
's Avonds laten we ons gaan in The Cliff, een restaurant aan Europese
prijzen op de top van een klif met zicht op zee en rotspartijen.
Dag
14 -----Vertrek naar huis-----
Vrijdag 16 januari
Vandaag is de laatste dag van de vakantie en de eerste dag op
Ko Samui zonder regen en met een blauwe hemel. We huren alsnog
een brommertje.
Maar om 17u is de kermis over en nemen we een binnenlandse vlucht
naar Bangkok waar we connectie hebben met onze terugvlucht naar
Brussel.
Dag 15----- Aankomst in Brussel -----Zaterdag
17 januari
We komen 's morgens vroeg aan in Brussel. Plots van 31° naar
0°.
FOTOREEKS
THAILAND
|