NEPAL:
mei 2008

NEPAL
is een rechthoekig land ingeklemd door twee machtige buren: Tibet/China
in het noorden en Indië in het zuiden. Het is een klein land
maar als we over hoogte spreken, komt het op de eerste plaats.
De volledige noordergrens wordt ingenomen door het Himalaya gebergte
en op 's lands grondgebied bevinden zich acht van de tien hoogste
bergen ter wereld.
Het is een arm land maar rijk qua natuur en qua cultuur. Het Annapurna
stuk van de Himalaya-keten bevindt zich in het centrale gedeelte
van het land, ten noorden van Pokhara. Van west naar oost strekken
zich uit: Dhaulagiri 8167m, Annapurna South Face 7219m, Annapurna
I 8091m, Gangapurna 7455m, Annapurna II 7555m, Fishtail 6997m,
Annapurna IV 7525m, Annapurna II 7925m.
De breedte van het land is gemiddeld 160 km en op die afstand
varieert de hoogtegrens van 100m in de Terai provincie tot 8.850m
voor de Mt Everest. Van tropisch warm tot arctisch koud.
Het droge seizoen loopt van oktober tot mei.
Nepal is het goedkoopste toeristenland van de regio. Je budget
is ongeveer de kost van je outdoor activiteiten plus 15 à
20 € per dag voor eten en slapen (zie ook onderaan: LEVENSDUURTE
IN NEPAL).
Vooraf
We zijn met z'n tweeën: Lieven (alias Tjeefken) en Martin
(alias Martins). De start van deze trip heeft wat voeten in de
aarde gehad. Niet de voorbereiding, want dat is plezierig. Wel
dat we met zijn tweeën in panne vielen kort voor vertrek.
Tjeefken krijgt pas in de voorlaatste week groen licht van de
specialist om zijn gehavende en versleten heupen te testen op
de Himalaya flanken. Ikzelf krijg exact één week
voor afreis een keelontsteking, die pas met de nodige binnenrust
en antibiotica op de valreep gestopt wordt. 't Is te zeggen als
we al 2 dagen ter plaatse zijn, net voor de start van de Jomsom
trek. We zwijgen dan nog over mijn artroseknie.
Hierna het reisverslag van 2 medische gevallen naar de
flanken van 's werelds hoogste bergketen.
Martin (l) en Lieven (r)
Dag
1 -----Zaterdag 10 mei -----Landegem
- New Delhi
Om
7u50 's morgens verkoopt Car - een BL (Bekende Landegemnaar)
- ons in Landegemstation twee ticketten naar de luchthaven. En
't begint al: de omnibus naar Gent heeft 12' vertraging. Maar
de intercity komt Gent-St-Pieters binnengereden nà de omnibus,
dus geen probleem met de verbinding. Zelfs niet in Brussel-Zuid
waar de trein naar de luchthaven ons opwacht! Leve het openbaar
vervoer. Tjeefkes grimas verandert in een glimlach.
Het wordt een vlucht zonder problemen met de Indiase maatschappij
Jetairways. Het is een modern vliegtuig met voldoende beenruimte
en met een flatscreen ingebouwd in de achterzijde van de zetel
voor u. De gebruikersvriendelijkheid neemt steeds toe: het is
een touchscreen en de film-, muziek-, nieuwsmogelijkheden
zijn uitgebreid. Het icoontje 'Rockmusic' verbergt - ik zou zeggen
uiteraard - Led Zeppelin's laatste: Starship. Ook veel
keuze uit
Bollywoodfilms. Maar we verkiezen Hollywoodfilms
en kijken naar Rambo, de laatste van Stallone.
We landen 8 uur later te New Delhi, door iedereen gewoon
Delhi genoemd. Als het vliegtuig tot stilstand komt en iedereen
rechtspringt, horen we plots voor ons en naast ons Nederlands
spreken. We maken vluchtig kennis met een koppel uit Gent en uit
Grimbergen. Ge moet daarvoor eerst 8 uur op ne vlieger
bijna naast elkaar zitten
DOUANECONTROLE
IN DEHLI
De Indiase douane huldigt het principe: waarom gemakkelijk
als het moeilijk ook kan. Omdat we een connecterende vlucht
hebben naar Kathmandou morgenvroeg om 7u èn geen Indiaas
visum, mogen we in geen geval buiten de luchthavenhal. Zelfs
onze bagage mogen we niet ophalen! We worden naar de kant
verwezen en een autoritaire douanier maant ons aan te wachten.
'En onze bagage?', vraag ik. 'Don't worry'. Daarmee moeten
we het doen. Een half uur later komt een beambte onze paspoorten
noteren, vliegtuigticket en de nummers van onze bagagebewijzen.
'Wait here, my collegue will get you in 10 minutes', zegt
hij ons. Een half uur later worden we geleid naar de neutrale
ruimte van de luchthaven. Daar worden nogmaals onze namen,
paspoortnr en bagageslipnummers genoteerd in een 'register'.
De man legt ons uit dat we hier MOETEN blijven en voegt eraan
toe: daar is water, daar is koffie en daar kan je iets eten.
'En onze bagage?', vraag ik. Die moeten we morgenvroeg identificeren
aan het vliegtuig. En hij is weg.
Een 1u½ heeft deze cinema geduurd en om 1 uur 's nachts
lokale tijd vinden we onszelf terug in de in-transit-zone
tussen een 20-tal andere gestranden. We trachten wat te slapen.
Dag 2 -----Zondag 11 mei -----New
Delhi - Kathmandou - Pokhara
Onze
aansluitende vlucht naar Kathmandou is om 6u45. Maar op het vliegtuig
geraken is buiten de Dehlise douaniers gerekend
DOUANECONTROLE
IN DEHLI
vervolgd
Om 4u worden we gewekt uit een slaap die er eigenlijk nooit
ene is geweest: 'Kathmandou passengers?' Een vinnige medewerkster
van Jetairways noteert nogmaals alles, dubbelcheckt ons paspoort
en neemt onze vliegtuigtickets. We moeten haar volgen uit
de neutrale zone tot in een hal. 'Wait here', zegt ze en verdwijnt.
Onze tickets? Onze boarding passes? Onze bagage?, flitst het
door mijn hoofd. Kort daarna verschijnt een collega en - wa
groate gè - hij noteert nogmaals alles, controleert
paspoort en laat het papier ondertekenen door zijn chef. Ondertussen
is vijf man gearriveerd met een stootkar waarop onze rugzakken
liggen (oef!) tezamen met de andere bagage van nog een tiental
Kathmandou passagiers. Nog een half uur later arriveert de
vinnige juffrouw met een hoop instapkaarten en bagageklevers.
Iedereen moet zijn bagage identificeren en de vinnige juffrouw
plakt er een zelfkleverken op. Dit gedoe gebeurt in
een zone van het luchthavengebouw klof temidden het heen en
weer gestap van passagiers die van de check-in balie naar
de security check gaan.
En
ja, onze groep 'neutralen' mag ook door de security check. We
hebben nu allen een instapkaart en de vijf man rijden de stootkar
de andere kant op, hopelijk richting ons vliegtuig.
Nu gebeurt iets heel grappigs. Een juniorken van de security
vraagt me mijn handbagage door de X-ray machine te schuiven en
leidt me niet door de metaaldetectie-boog maar ernaast?!! Hetzelfde
doet hij met twee mensen na mij. We staan verbouwereerd naar elkaar
te kijken van 'hoe kan da nu'. Maar zijn chef krijgt het in de
smiezen. Wij onmiddellijk teruggestuurd en da juniorken
krijgt daar nu toch een uitbrander.
We geraken uiteindelijk in gate 2 waar we het Grimbergen's koppel
terugzien. Zij zijn daar geraakt zonder ongemakken omdat ze een
Indiaas visum hebben.
We
landen om 8u in Kathmandou. Een harde landing aan veel
te hoge snelheid waardoor de piloot heftig in de remmen moet.
We recupereren onze bagage en wandelen naar de domestic airport
om de vlucht te nemen naar Pokhara. Deze vlucht had ik thuis via
internet geboekt en betaald bij Yeti Airlines. En ongelooflijk
maar waar: we staan op de passagierslijst. 'Kunnen we geen vlucht
vroeger nemen', vraag ik. Het is halftien en om tien uur vertrekt
een vroegere vlucht. OK zegt de bediende maar haast u. We lopen
naar de gate waar de balievrouwtjes ons opwachten en rijden onmiddellijk
in een busje naar het vliegtuigje. Het is een soort vliegende
sigaar en kan 28 mensen plaatsgeven. Onze rugzakken worden manueel
van het busje gehaald en in de laadruimte geladen. Drie mannen
checken nog eens alles vooraleer we het vliegtuig mogen instappen.
We voelen ons een beetje VIP. Tot hèt grappigste moment
van de dag komt: we stappen op het vliegertje en zijn gans alleen?!?
Doodleuk wordt de cabinedeur dichtgetrokken en met zijn drietjes
(wij en de stewardess) vliegen we naar Pokhara, waar we
25' later landen. Ongelooflijk maar waar.
De resterende halve dag in de nummer twee stad van Nepal wordt
een verkenningsdag langs Lakeside (langs het Phewa Tal meer,
Nepal's tweede grootste). Deze 2 km lange laan is een aaneenschakeling
van restaurants, cafés, bars, kraampjes, internet, massagesalons,
reisbureaus, trekkingorganisaties en heilige koeien (die vrij
rondlopen).
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Dit volk is onlangs zijn koningsdom
en zijn maoïsten-vechtersbazen kwijt geraakt en heeft een
prille democratie in de plaats gekregen, na echte verkiezingen
dit jaar. Het is er nu relatief rustig.
· We recupereren onze bagage in Kathmandou en tot onze
verbazing is elke zijzak en elke kliksluiting van onze rugzak
verzegeld. Ja echt, met loodjes en ijzeren draadjes.
Dat hebben ze ons gelapt in Delhi. De schrik moet er goed inzitten
bij de Indiërs. Die verwachten zeker dat Osama zijn grot
verlaat in buurland Pakistan en via Delhi een bezoek gaat brengen
aan hun nieuw verkozen eerste minister?
· Toen we alleen op het vliegtuigje richting Pokhara
zaten, bleef de stewardess in haar rol. Zoals het hoorde, sprak
ze ons toe van: 'Dear ladies and gentlemen. Thank you for flying
with Yeti Airlines
'. We kregen er de slappe lach van.
Dag 3 -----Maandag 12 mei -----Pokhara
(820 m) - Beni (830 m)
Stipt
om 10u zijn onze masseurs in de kamer van ons hotelletje (Noble
Inn). We hebben gisteren een Full-Body-massage van een
uur besteld voor ons beiden. Veur minder doeme't niet.
Om half twaalf maken we kennis met onze dragers: 2 jongelingen
van 22 jaar, Bhim en Radgers of zoiets. We noemen hem Roger. Samen
vertrekken we met de bus naar Beni, waar we morgen onze 7-daagse
trek starten.
Een
(chicken)bus nemen in Nepal is een avontuur. Tussen de 4 en de
6 uur zou de tocht duren. Beter schatten kan niet. Over de vertrekchaos
alleen kan een lijvig verhaal geschreven worden. Het gediscuteer,
het nerveuze gedoe, het in en uit de bus stappen, het laden van
de bagage op het dak en de vijf valse starts maken allemaal deel
uit van het startritueel.
Bhim stelt ons voor om op het dak plaats te nemen, maar met mijn
zorgelijke keel pas ik. We murmen ons naar stoel 5 en 6. Onze
dragers kruipen op het dak bij de bagage. De bus zit constant
overvol inclusief de manden met materiaal. Iedereen kan om het
even waar op- en afstappen. Er hangt een zweetgeur. In elk 'belangrijk'
dorp wordt eventjes gestopt. Ik koop een zakje maïs: 5 rupees
(twee frank).
Maar het meeste respect verdienen de buschauffeur en de
garde. Op het stukje onverharde weg tussen Baglung
en Beni moet de chauffeur al zijn rijtalent aanwenden om camions
te laten passeren, over smalle brugjes te rijden, de putten in
de weg te ontwijken. Moest ons lichaam uit olie en eieren bestaan,
we waren nu mayonaise. Maar de chauffeur is niets zonder de garde.
Naast zijn taken als ticket controleur, zwartrijders wegjagen
en aan de bus hangen,
moet hij ook koeien en ezels van de weg jagen, onderhandelen met
de politie aan checkpoints en vooral de chauffeur begeleiden bij
het zoveelste manoever rakelings langs de afgrond als er een tegenligger
in zicht is. Hij doet dat door op de carrosserie te kloppen. Al
hangend uit de bus klopt hij eerst traag en rapper als 't gevaarlijk
wordt. Daarop vertrouwt de chauffeur want die heeft natuurlijk
geen achteruitkijkspiegels. We komen gelukkig wel en gezond aan
te Beni, alle knoken op hun plaats geschud: 5 u onderweg voor
85km.
Naast al dit busgedoe zouden we bijna vergeten door welk prachtdecor
we rijden. Het voorgeborchte van de Himalaya is gekenmerkt door
duizenden rijsterassen, regenwoud en diepe ravijnen ten gevolge
van de erosie van de heilige Kali Gandaki rivier. Deze
heilige zal ons de komende 7 dagen constant vergezellen.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? De rijdende Nepalees trompt
op alles wat beweegt: katten, honden, koeien, ezels, mensen,
(brom)fietsers en auto's.
· Tijdens de busrit wordt er ieveranst nieverst
een plaspauze ingelast voor mannen èn vrouwen. Poenke,
zonder schaamte trekken vrouwen hun rok naar omhoog en plassen
maar. Noch ondergoed, noch BH's zijn aan hen besteed (tijdens
een manoeuvre in de gang van de bus, rolt één
borst uit het kleed van een jonge vrouw).
Dag 4 -----Dinsdag 13 mei -----Start
Jomsom Trek. Beni (830 m) - Tatopani (1190 m)
Vanaf
nu stappen we elke dag zo'n 10 km noordwaarts in het gezelschap
van de heilige Kali Gandaki en kunnen we terecht in eender welk
dorp(je) voor overnachting. De landschappen waardoor we trekken
zijn afwisselend en gaan van regenwoud tot woestijnachtig. En
natuurlijk ben je daar bovenop nog omringd door Himalaya pieken
van om en bij de 8000 m. Deze trek en de volledige Annapurna cirkelroute
is daarom de meest populaire wandeltocht in Nepal.
We hebben beiden veel goesting om deze 7-daagse tocht aan te vatten.
Dag 1 is meteen ook de langste trekdag, een vrij vlakke tocht
van 20 km. Vanaf nu staan we elke dag om 6u op en stappen we om
7u. We volgen een 4WD-spoor langsheen de heilige Kali Gandaki,
die een diepe vallei trekt door het Himalaya voorgeborchte. De
valleiwanden zijn steil en begroeid met regenwoud. De Kali is
één en al stroomversnelling, echter niet geschikt
voor commerciële rafts want er liggen teveel rotsen in het
water. We steken de rivier tweemaal over via lange hangbruggen.
Het 4WD-spoor was vroeger uitsluitend een wandelpad maar is nu
een openbare weg geworden. Nepal bouwt spijtig genoeg aan een
weg tot in Jomsom.
Ongeveer om het half uur kom je een dorpje, eerder een nederzetting
tegen met 5 tot 20 huisjes. Maar zonder uitzondering vind je er
telkens een café-met-terras, een winkel en een hotel-restaurant
waarvan ik vermoed dat sommige maar één kamertje
hebben.
Vanaf
Tiplyang, een iets groter dorp na driekwart weg, wordt
het 4WD-spoor wel erg ruw en verdwijnen meteen ook de wagens.
Vanaf hier is het wandelpad uitgehouwen uit de rotswand en klimt
boven de rivier uit. Het is bij wijlen smal met overhangende rotsmuur.
We zien ook onze eerste echte Himalaya-piek: de Dhaulagiri (8167
m) en staan daar toch efkes van te kijken.
We komen na 5 ½ uur stappen toe te Tatopani. Deze
stopplaats is niet meer dan één straat van 500 m
lang, geprangd tussen de rivier en de valleiwand (foto links).
Beide zijden van de straat bestaan integraal uit lodges, guesthouses,
cafés en winkelkes. We slapen in de Dhaulagiri Lodge. 'Tato'
betekent 'heet' wat duidt op de heetwaterbronnen in het dorp,
waarin we ons laten bekomen na deze lange dag. En ze zijn heet,
zo heet dat je er voetje per voetje moet aan wennen, dan langzaam
de benen en daarna langzaam het lijf in het water laten glijden.
Een pre-moessonbui verzacht een beetje het te hete water. Maar
voor onze stijve spieren is het genieten geblazen.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Ze nemen de slechte gewoontes
van hun Chinese buren over. De Nepalese man èn vrouw
rochelt en spuwt er op los op straat, zonder gêne. Het
zijn daarentegen geen rokers, valt ons op.
· In Tiplyang, een iets groter dorp, is een lagere school
en ik vraag en bekom toestemming om een klasje te bezoeken.
Ik kom binnen en uit alle 20 kelen worden we verwelkomd met
'Namaste' (Nepalees voor Hallo). Er zijn een tiental
klasjes voor deze 6 tot 12 jarigen. Met ons erbij is het dolle
pret voor hen, maar niet minder voor ons.
Dag 5 -----Woensdag 14 mei -----Tatopani
(1190 m) - Ghasa (2010 m)
Op
dit deel van de tocht snijdt de Kali Gandaki een kanaal tussen
twee achtduizenders - de Annapurna 1 en de Dhaulagiri - en voert
daardoor de titel van s'werelds diepste kloof. De twee
Himalaya pieken zijn slechts 38 km van elkaar verwijderd in vogelvlucht
en de rivier stroomt hier op 2.000 m. Dus is de vallei een kleine
6.000 m diep! Maar de beschrijving in woorden is spectaculairder
dan het terrein zelf omdat onze achtduizenders, ondanks hun hoogte,
weggestopt zitten achter het voorgeborchte. Dus die 6 km diepe
ravijn kan je niet echt waarnemen.
Er ligt nogal wat ezelstront op de weg. Een teken dat er weinig
tot geen verkeer meer is. Al het materiaal en voedsel wordt via
ezelkaravaans en
mensen vervoerd. We zien dragers met enorme
lasten op hun rug tot 80 kg, zegt Bhim. De last is groter en zwaarder
dan de kleine, magere Nepalees die ze draagt. Op zo'n moment -
met ons dagrugzaksken en twee dragers aan onze zijde -
voelt ge u beschaamd en op uw ongemak.
De
natuur is een kopie van gisteren. We volgen de vallei van de Kali
Gandaki en klimmen geleidelijk omhoog tot in Dana (1400
m) en stappen verder tot aan de waterval Rupse Chhahara.
Daar verlaten we het normale pad en steken niet de Kali Gandaki
over, maar gebruiken een nieuwe (pas 6 maanden oude) weg, door
het leger uitgehouwen in de bergwand. Deze nieuwe en bredere weg
moet op termijn vervoer toelaten tot in Jomsom. Vanaf hier is
het steil klimmen tot in Ghasa om uiteindelijk het hoogteverschil
van 800 m te overbruggen tussen start- en eindpunt. Net als gisteren
heeft de tocht vandaag terug 5 ½ uur geduurd. Hij was wel
korter, maar veel steiler.
De moderne kamers van het Eagle Nest Guest House in Ghasa
en zijn mooie bloementuin zijn een ware verademing, de WC en douche
vlekkeloos. Tjeefken, wat last van zijn darmen en gisterennacht
overgegeven, weet geen blijf met zijn geluk.
We 'bezoeken' Ghasa dat met een 15-tal huizen, nog kleiner is
dan Tatopani. Na 10 minuten zijn we rond. S'avonds het vast ritueel
met avondeten, een klapken doen de met collega-trekkers
(ditmaal met een Engels koppel dat net twee jaar in Melbourne,
Australië gewerkt heeft en terugkeert naar Bristol in Engeland).
Vanavond kaarten we met hen: hertebokken. En om 21 u allen
naar bed.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Hun favoriete gerecht en tegelijkertijd
ook het nationaal gerecht is Daal Bhaat: linzensoep,
rijst, nepalese patatjes. Lekker.
· Roger, onze drager, is een stille persoonlijkheid.
Bhim, de andere drager, is extraverter en spreekt vrijuit over
zijn Chinees lief die hij heeft leren kennen tijdens een trek.
Zijn ogen fonkelen als hij vertelt dat hij in september naar
China gaat reizen. Hij zingt veel tijdens het stappen maar zijn
muziek lijkt meer op Gregoriaanse gezangen en dat is niet direct
onze stijl. Ze kennen zo goed als geen Westerse muziek.
Dag 6 -----Donderdag 15 mei -----Ghasa
(2010 m) - Larjung (2550 m)
In
tegenstelling tot gisteren start de dag met een steile klim tot
2530 m door naaldwouden. Ezelkaravanen zijn ons deel. Bij elke
karavaan zijn de eerste ezels gemaskerd. Het zijn ook de leiders
van de bende. De klim duurt tot in Letekhola, waar we de Kali
Gandaki oversteken op een hoge hangbrug, en duurt verder tot in
Lete, waar we onze Annapurna-pas laten valideren, en dan
verder tot in Kalopani. Op dit deel hebben we een prachtig
zicht op de oostelijke flank van de Dhaulagiri (8167 m). Langs
de tegenovergestelde zijde blinken de drie Nilgiri-pieken (7000
m).
Onderweg staan we plots voor een groot gat: een grondverschuiving
heeft de baan weggespoeld en vervangen door een gapende afgrond.
Dhaulagiri (8167
m)
De weg is weg. Langs de overzijde staan 4 jeeps geblokkeerd.
Onze drager zegt dat de reparatie weken kan duren! We klauteren
in de modder langs de heuvelrand rond het gat. Lokale jongeren
trachten op dezelfde manier een brommer naar de overkant te halen.
Tussen Kalopani en onze eindbestemming (Larjung) is de Kali Gandaki
zeer breed
en enkel in het middendeel is er nog sprake van een rivier. Het
lijkt wel een uitgedroogd meer. We snijden hele stukken pad af
door de droge meanders van de Kali te dwarsen. Op het einde van
de moessonregens (aug-sept) moet dit prachtige beelden geven:
de pieken die weerspiegelen in de Kali. De wind steekt op, een
typisch verschijnsel in deze vallei en vooral heftig in de namiddag.
Het is rugwind.
We eindigen de dag na 5u stappen in het dorpje Larjung
op 2550 m, nadat we terug de heilige rivier overgestoken hebben.
Larjung is gekenmerkt door overdekte
en ommuurde wandelgangen tussen de huizen in een poging om de
strakke winden uit de vallei te counteren. Er is terug maar één
hoofdstraat.
Daar we s'morgens vroeg vertrekken, komen we steeds rond 13 u
aan in onze eindbestemming. Dan volgt een vast namiddagritueel:
-
eerst een welverdiende pint lokaal Everest bier, waarvan het
minimumvolume 65 cl is.
- Dan eten we om daarna een douche te nemen en een dutje te
doen.
- Dan verslag schrijven, stretchen, wa kletsen met de andere
trekkers
- Het dorpje bezoeken
- Avondeten, wat (na)kaarten en vroeg in bed
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Als je trekt, heb je water nodig,
veel water. Je koopt plastic flessenwater en zo krijgt het land
per jaar 100 ton niet-recycleerbare plastic flessen 'kado'.
Daarom stelt de overheid grote tanks water ter beschikking aan
de trekkers in de voornaamste dorpen langs de wandelroutes.
Daar kunnen we onze plastic flessen hervullen aan een lage prijs
(aan 35 eurocent per liter).
· We leren onze dragers wat Nederlandse woorden: goedendag,
goedenavond, enz. Bhim vraagt wat 'let's go' betekent in het
Nederlands. 'Laten we gaan', zeg ik en sindsdien wordt elke
rustpauze onderweg beëindigd met 'laten we gaan'.
· Onderweg ontmoeten we een Canadees gezin met drie kinderen.
De ouders hebben 20 jaar geleden het Annapurna Circuit gedaan
en stappen het nu met hun tienerkinderen. Zou nog een idee zijn
voor mijn broer en zijn An, die 17 jaar geleden hetzelfde gedaan
hebben.
Dag 7----- Vrijdag 16 mei -----Larjung
(2550 m) - Marpha (2670 m)
De
eerste twee dagen trokken we door smalle valleien met een denderende
Kali Gandaki. Sinds gisteren is de vallei zo breed geworden dat
het lijkt alsof de Kali zijn wild temperament kwijt is. De valleiwanden
zijn majestueus en de valleivloer is één keienveld,
netjes geërodeerd door de Kali. Op dit deel van de trek zijn
de Himalaya zichten het best. Althans dat vertelt de reisgids,
maar vandaag belemmeren wolken ons het zicht van de echte pieken.
Een gemiste kans.
We passeren Tukuche, een vrij groot dorp waar we een lange
pauze nemen op het terrasje van een Dutch bakery. We nemen ons
tweede ontbijt: appeltaart en vanillepudding met thee. Er passeren
rare kwiestenbiebels maar vooral vallen ons de vele lastezels
op. De ezeldrijvers lopen altijd achteraan en hebben niet echt
veel werk met die beesten, die altijd dezelfde wandelsnelheid
aanhouden en netjes uit de weg gaan bij een obstakel. Ik heb hier
ezels gezien voor de rest van mijn leven, 'k zweire 't ui.
Eenmaal weg uit Tukuche, komen we boven de boomgrens in een droog,
woestijnachtig gebied met veel wind. Ook hier blazen de strakke
winden in ons voordeel, net als gisteren. De trekkers in omgekeerde
richting
dragen allemaal stofmaskers. We klimmen door tot in Marpha
(2670 m) waar we na 4 u wandelen toekomen. Vandaag is inderdaad
de kortste trekdag. We overnachten in de Snowleopard Lodge. Marpha
(door Lieven steevast 'Marva' genoemd) is letterlijk tegen de
bergwand geplakt, die als bescherming dient tegen de valleiwinden.
In dit langgerekt stadje van 1 straat gaan we voor het eerst winkelen.
De Tibetaanse winkeltjes verraden de afkomst van de mensen hier.
Ik zie T-shirts met 'Free Tibet'.
S'avonds is het terug verzamelen geblazen met de Canadezen en
het Engels koppel. Er is ook een Duits koppel (40-ers) dat dezelfde
route volgt, maar die vorderen langzaam, zo langzaam dat hun dragers
er met ons grapjes over maken. Inmiddels is het hard gaan regenen,
maar daarna klaart de hemel uit en zien we alsnog de Himalaya-pieken,
net voor de duisternis invalt.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? We stappen door een streek waar
de Nepalese vrouwen een rode vlek op hun voorhoofd hebben als
teken dat ze getrouwd zijn. Ze zijn als het ware gebrandmerkt.
· Als we bezig zijn aan onze vanillepudding bij den hollander
in Tukuche, passeren er ons drie Hindoes in traditionele klederdracht
op weg naar Muktinath, een bedevaartsoord (zie dag 9). Ze lopen
op hun
blote voeten. Rijke Indiërs daarentegen charteren
helikopters naar Muktinath.
Dag 8 -----Zaterdag 17 mei -----Marpha
(2670 m) - Kagbeni (2800 m)
'Laten
we gaan', zegt Bhim met een Nepalees accent en om 7u30 zijn we
weg. In tegenstelling tot gisteren is de hemel klaar en genieten
we terug van de Dhaulagiri en de Nilgiri pieken. De wind is matig
en we klimmen rustig langs de valleiwand naar Jomsom, het
belangrijkste centrum van de regio en van waaruit we ook zullen
terugvliegen naar Pokhara binnen een aantal dagen. Hier moeten
we onze ACAP vergunning verplicht laten afstempelen.
Jomsom
is een klein stadje met één brede straat en uiteraard
tal van hotel-restaurants, lodges, terrasjes, maar ook een hospitaaltje,
een legerbasis en een vliegveld. De vliegende sigaren landen en
stijgen vlak boven onze hoofden want het pad passeert de landingsstrook.
We houden hier een rustpauze niet zonder een chocoladepudding
te verorberen.
We trekken verder en steken de Kali over naar de andere oever.
Het is inmiddels een stuk in de voormiddag en de winden komen
opzetten. Eénmaal buiten de beschutting van het dorp worden
de winden echt heftig. Alle tegenliggers dragen stofmaskers.
Het stof waait omhoog in deze steenwoestijn maar gelukkig is het
voor ons steeds rugwind. Tjeefken krijgt er tsjiepogen
van. Gelukkig blijft de natuur overweldigend.
We beslissen te lunchen in een dorpje zo'n half uur stappen voor
ons eindpunt. Het dorpje ligt op de splitsing van het pad naar
Muktinath en Kagbeni. We stoppen aan hotel-restaurant Hill-ton
Maar ondanks de
naam is naar de WC gaan een kleine belevenis: franse WC op een
'opstapje' en waar je gebruikt wc-papier in een daartoe bestemde
emmer moet smijten. Gelukkig hebben we eerst geëten.
We trekken verder langs de oevers van de Kali tot in Kagbeni
op 2800 m, een dorp met vooral Tibetaanse afstammelingen. Het
is een middeleeuws aandoend dorp met smalle, kronkelende en geplaveide
straatjes die tussen de huizen een beetje op loopgraven lijken.
Meteen goed om de winden te counteren. De bewoners wassen en plassen
in afgeleide kanaaltjes. Kagbeni is ook de laatste stopplaats
tot het geheimzinnige Koninkrijk van Mustang. Wil je verder
trekken richting Mustang, dan moet je zomaar eventjes 700 $ (500
€) fee betalen. We slapen in het Asia Trekkers Home met zicht
vanuit ons kamer op de Nilgiri piek.
Vanavond leren we onze en andere dragers hertebokken aan.
Maar plots valt de elektriciteit uit (een dagelijks weerkerend
fenomeen) en dan gaat iedereen gewoon slapen.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? De meerderheid van de Nepalezen,
buiten de grootsteden, zijn vrij vriendelijk en begroeten alles
en iedereen met Namaste (met de klemtoon op de laatste lettergreep).
Aan de rand van ieder dorpje staat een bordje 'Welcome'.
· Voor het eerst sinds 5 dagen toont onze GSM - in Jomsom
- veel blokskes en profiteer ik ervan om naar
huis te bellen. Met een slaperige alloo verwelkomt Martine
me: t'is 4 u s'nachts in België. Ik heb me vergist in mijn
tijdsberekening
· Terwijl ik dit verslag schrijf, is rechtover onze kamer
- in een meditatieruimte - een Boeddhistische eredienst bezig:
met gebed, eentonig gezang, bellen, cimbalen, trommels en trompet.
Alhoewel dit een serieuze bedoening is, krijgen we de slappe
lach.
Dag 9 -----Zondag 18 mei
-----Kagbeni (2800 m) - Muktinath (3850 m)
S'morgens
zien we vanuit onze kamer de Nilgiri schitteren in de zon (foto
boven) . Om 7u15 klimmen we steil uit Kagbeni tot aan een
soort blokhut. Van daar is het geleidelijk klimmen tot we Jharkot
in het vizier krijgen. Jharkot ligt op 3500 m op een rotspunt,
wat van ver zeer duidelijk te zien is. Het is ondertussen terug
steil klimmen tot in het dorp. Net buiten Jharkot, op een heuvel
zijn er 3 bankjes en genieten we van een 360° panorama. We
zien onze eindbestemming - Muktinath - al liggen, waar
we ons hotelletje (Hotel North Pole!?) binnentrekken na 4 uur
klimmen in totaal.
Het decor vandaag is terug overweldigend met het besneeuwde Muktinath
bergmassief constant in het oog. We hebben de Kali Gandaki vallei
verlaten en trekken oostwaarts. We klimmen door een woestijnlandschap
en langs moerassen. We naderen een uitzichtpunt en zien een groep
mountainbikers daar een rustpauze nemen. Blijken het toch
wel Limburgers te zijn zeker. Die kerels hebben het ganse Annapurna
circuit afgereden inclusief de passage op
5416 m van de Thorung-La bergpas! Daar hebben ze hun fietsen gedragen
door de sneeuw en bij vriestemperaturen. Straffe gasten.
Muktinath is een bedevaartsoord voor Hindoes en Boeddhisten
met een hooggelegen, volledig ommuurd tempelcomplex. Het oord
ligt nog iets hoger dan het dorp zelf (op 3900 m) en de meest
gegoede bedevaartgangers (vooral rijke Indiërs) komen aan
en vertrekken per helikopter. De gewone man gaat/sleept er zich
te voet naar toe. We betreden de heilige plaats en zien een soort
zuiveringsritueel van de Hindoes die kopje onder duiken in het
ijskoude bergwater. Daarna doen ze een ommegang langs 100 waterstralen
uit een muur. Met iedere waterstraal besprenkelen ze zich. Wat
verderop ga ik een Boeddhistisch tempeltje - een gompa - binnen
waar gelovigen hun ding doen. Ik zie een Westerse jongeling in
meditatie (bekeerling?). In de gompa zien we de eeuwige vlam,
veroorzaakt door opborrelend natuurlijk gas. Bij het buitengaan
van het complex moeten we aan de klok trekken. Het is een allemaal
een beetje een vreemde ervaring. Maar wat een contrast tussen
die vredelievende mensen en Islam fanatici.
S'avonds bij het kaarten bestellen we een 'big pot tea';
komen ze daar af met een literthermos
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Onderweg zien we regelmatig
het teken van de maoïsten: sikkel en hamer. We zien ook
veel hakenkruisen, destijds door de Nazi's overgenomen, maar
wat hier een andere betekenis heeft. De dragers vertellen dat
het een soort stempel is.
· De eerste verschijnselen van hoogteziekte tonen zich
bij Tjeefken: hoofdpijn en kortademigheid. Maar voor de rest
is er niets ergs te melden.
· Na het Muktinath-tempelcomplex vervolgt het pad richting
de Thorung-La bergpas, 1400 m hoger op 5416 m! Ik volg het pad
omhoog tot op een punt waar ik kan zien waar het pad naartoe
leidt. Ik zie het in de verte gewoon recht de berg opgaan om
dan te verdwijnen in de wolken. Ik denk aan 4 Landegemnaren,
die ongeveer 18 jaar geleden het volledig circuit gewandeld
hebben en uit die richting naar Muktinath afgedaald zijn: mijn
broer Bart en An, Pietjen en An. Chapeau voor hen, want de overtocht
van de andere kant van de berg tot hier is één
lange, harde en vrieskoude dag van 10 uur. Een huzarenstukje.
.JPG)
Kagbeni in de vallei, op weg naar Muktinath
Dag 10 -----Maandag 19 mei -----Muktinath
(3850 m) - Jomsom (2710 m)
Vanuit
onze ontbijtruimte zien we wel 10 besneeuwde Himalaya-pieken.
De lucht is strak blauw en het is alsof de Dhaulagiri, de Tukuche
(6920 m), de Nilgiri en de andere namen ons voor de laatste keer
willen uitwuiven, als compensatie voor de gemiste kans in dag
7.
Laten we gaan, zegt Bhim en we keren terug via dezelfde route
als gisteren. Enkel Kagbeni laten we links liggen waar we een
alternatieve route nemen tot we terug in onze vertrouwde Kali
Gandaki vallei terechtkomen. Dit wil ook zeggen: wind, veel wind
en ditmaal in 't nadeel. Uiteindelijk worden het nog afmattende
laatste kilometers tegen de harde wind in en na 5 u labeur zijn
we uitgelaten als we Jomsom bereiken. Het is niet alleen
de eindbestemming van vandaag maar van de hele Jomsom Trek. 7
dagen trekken tussen de 's werelds hoogste toppen is een fantastisch
nummer geworden. En daar hoort Everest bier bij.
Hoe
hebben we geslapen?
Goed, dank u. We slapen in lodges of guesthouses in zeer basic
kamers-met-eigen-WC/douche. Maar, Tatopani uitgezonderd, waren
ze allemaal proper en altijd warm water voor de douche. Maar ja,
voor gemiddeld 3 euro per kamer/per nacht mag je geen Hilton verwachten.
Het zijn ook ideale ontmoetingsplaatsen met andere rugzaktoeristen.
Hoe was het met het weer en de temperatuur?
Het was 'T-shirt en korte broek'-weer behalve in de winderige
Kali Gandaki vallei en in Muktinath. Daar was een extra trui en
buff welkom. 'S namiddags komen er meestal donderwolken opzetten
en kregen we een pre-moesson bui in onze nek. Figuurlijk dan want
op die moment was de tocht al achter de rug en zaten we te genieten
van een black tea of een Everest beer.
Wat hebben we zoal geëten?
Daal Bhaat, daal bhaat, daal bhaat. Het Nepalees gerecht bij uitstek
(zie meer in sprokkels Dag 5). Maar soms aten we ook Nepalese
patatjes met eieren, kip, pasta en zelfs één keer
hamburger. Ik heb zeer veel Daal Bhaat geëten, vond het zeer
lekker, terwijl Tjeefken meer Westers at. Maar toch heb
ik hem af en toe met mijn eigen ogen rijst zien eten.
Hoe was het met de gezondheid?
Gelukkig hebben onze Westerse kwalen zich hier redelijk koest
gehouden. Mijn knieën deden het voortreffelijk en buiten
de dagelijkse algemene stramheid van het aantal uren stappen,
is er niets belangrijks te melden. Tjeefke's heupen en rug hielden
stand evenals zijn darmflora en -fauna met uitzondering van die
ene keer toen een pot spicy kiekensoepe hem de das omdeed.
Niet alleen de Kali Gandaki vallei was winderig, wij ook.
Hoe
waren de dragers?
Bhim en Roger waren gewillige en hulpvaardige dragers. Hun Engels
kan beter. Van de meete Europese talen kennen ze tien woorden,
nu ook van het Nederlands. 'Laten we gaan' is dè kreet
van deze trek geworden. Ze verdienen 500 rupees per dag (5 €),
wat niet zo slecht is als je weet dat 82% van de bevolking het
met minder dan 2 € per dag moet stellen. We hebben hen een
extra dag getipt.
Wat is er gebeurd met de collega trekkers?
Het Canadees paar met de tienerkinderen zijn niet geraakt tot
in Muktinath en zijn al terug gevlogen naar Pokhara. Het Engels
koppel dacht eerst om de circuit rond te maken en via Muktinath
de Thorung-La pas over te steken. Ze hebben zich bedacht, nog
een
Van l naar r: Martins, Roger, Bhim, Tjeefken
vliegtuigticket
geregeld en om 2u s'nachts vanuit Muktinath teruggestapt naar
Jomsom om er om 6u het vliegtuig naar Pokhara te nemen! Het Duitse
(trage) koppel heeft de identieke route als ons gestapt en gaat
ook morgenvroeg vliegen op Pokhara.
En wat ons vooral opgevallen is, zijn de vele 40-50-60 jarigen
die we tegenkwamen gedurende de trek.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Nepal is nog steeds één
van de armste landen ter wereld. Corrupte regeringen hebben
daartoe bijgedragen. Het land, iets groter dan Griekenland,
telt 27 miljoen inwoners met een levensverwachting van 61 jaar.
82% moet rondkomen met minder dan 2 € per dag. De gemiddelde
leeftijd is 20 jaar. De bevolking groeit snel.
· Onze twee jonge dragers laten ons dikwijls voorgaan
tot we uit zicht verdwijnen en halen ons dan in, of wachten
ons op als ze nog maar eens te ver voor ons uitwandelen. Waarschijnlijk
denken ze dikwijls: die twee Belgische mieten.

Filmpje
over de Himalaya pieken
Dag
11 -----Dinsdag 20 mei -----Jomsom
- Pokhara
We
staan deze morgen om 5u45 aan de poort van het luchthavengebouw.
Stilaan komen bekende toeristengezichten zich vervoegen, inclusief
de drie schuchtere, giechelende Japanse meiden die we gisterenavond
bij het avondeten ontmoet hebben. De check-in procedure is de
primitiefste die ik ooit meegemaakt heb. Maar om 7u15 hangen we
in de lucht. Voor een aangekondigde vlucht van 6u40 is dit naar
Nepalese normen op tijd. We vliegen letterlijk tussen de valleiwanden
van de Kali Gandaki terug naar Pokhara in een volboekt
vliegtuigje die 14 passagiers kan vervoeren. Het is tijdens de
terugvlucht dat we een eerste glimp opvangen van de Annapurna
Range. Alle vluchten gaan enkel 's morgens door wegens de valleiwinden.
Wat wij op 4 dagen deden (naar Jomsom stappen), doet dit vliegtuigje
op 25 minuten: landen op Pokhara luchthaven, waar de landingsbaan
grenst aan de achtertuinen van de omwonenden.
Deze
voormiddag trekken we naar de hagelwitte World Peace Pagode,
een bouwwerk op de top van één van de heuvels rond
Pokhara. Ze werd gebouwd door Boeddhistische monniken ter promotie
van de wereldvrede. Vanaf de pagode heb je een indrukwekkend zicht
op het Phewa Tal meer aan uw voeten, van oud en nieuw Pokhara
en van alle Annapurna pieken op een rij. Dit laatste enkel als
het wolkenvrij is
maar dat is het niet vandaag! Onze tweede
gemiste kans tot nu toe. Na een uurtje sightseeing, dalen we de
heuvel af langs een pad door bos. Maar om één of
andere reden missen we onderweg het juiste traject en komen we
terecht aan de oevers van het meer. Door een vissersboot worden
we 'gered' en naar de overkant gevaren voor 200 rps. Daar ontdekken
we bloedzuigers op onze voeten, die we opgedaan hebben in het
bos tijdens de afdaling.
Van namiddag wordt een luie halve dag: massage, haar kort knippen,
baard eraf en voorbereiden van onze trip van morgen naar Tansen.
Na 10 dagen Daal Bhaat, eten we vanavond sizzled buffelsteak
met Everest bier. Na het eten gaan we een pint drinken in een
bar met een optreden van lokale dansers, maar na onze eerste consommatie
sprinten we naar het hotel: het optreden es een echte rampe.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? De winkeltjes langs de trekkingroutes
en in de steden zijn ontelbaar. Ge vraagt u af of die mensen
daarvan kunnen leven. Geen enkel artikel is geprijsd wat dus
noodzakelijkerwijze 'onderhandelen' (lees: afbieden) vereist.
· Op elke reis laat ik me de baard afdoen met het schis
(scheermes). Dit is altijd een beetje genieten. Elke keer vraag
ik hen: 'be gentle' , als ze mijn keelbaard scheren, want een
verkeerde beweging kan nare gevolgen hebben voor mij. De kapper
van dienst verstaat niet helemaal mijn bedoelde grap en repliceert
serieus dat hij reeds 12 jaar in het vak staat.
· Op het luchthaventje van Jomsom is er geen metaaldetectie-boog.
Iedereen moet in een hok bij een veiligheidsbediende die u aftast.
Aan Lieven vroeg hij: you like it?
Dag 12 -----Woensdag 21 mei-----
Tansen
Door weersomstandigheden (teveel wolken) lassen we de parapente
vlucht af en rijden we een dag vroeger dan voorzien naar Tansen.
Maar eerst zien we de wens van ons bezoek in vervulling gaan:
de Annapurnas tonen zich vanuit onze hotelkamer. Ze zijn
wolkenvrij gedurende zo'n kwartier. Het is ongelofelijk hoe dicht
ze wel lijken. Ze zijn dan ook 6 km hoger dan de plaats waar wij
staan.
Het is tijd om te vertrekken met onze gehuurde auto-met-chauffeur
naar Tansen. We kunnen geen brommerken huren omdat
onze rijbewijzen thuis liggen. Tussen Pokhara en Tansen ligt de
Siddhartha
Highway, die 120 km kronkelt tussen valleien en relatief weinig
verkeer slikt. Het wordt een adembenemende maar ook vermoeiende
tocht over een parcours waar geen 100 m rechte baan te bespeuren
valt en altijd klimmen of dalen. De Kali Gandaki en een zijrivier
hebben er ruwe valleien gesleten. De valleiwanden zijn zeer groen
en geven veel lommerte. Op zo'n weg ontdek je naast de natuur
ook het alledaagse leven in niet-toeristische gebieden. We zien
tientallen jongeren in uniform langs de weg te voet naar school
gaan, we rijden door dorpjes van niemendalle, iedereen
lijkt buiten te zitten op de stoep vooral de mannen terwijl de
vrouwen werken, wegreparaties zijn aan de gang, bussen en vrachtwagens
rijden elkaar klem, getoeter, enz.
Na 3 ¾ u arriveren we te Tansen, doel van vandaag.
Tansen is een authentiek Newari dorp hoog op een heuvel (spreek
niet van een berg, want daar ligt eeuwige sneeuw op!) met de Kali
Gandaki rivier in het dal. De straten zijn er nauw en zo steil
dat een deel gedwongen autovrij is. Tientallen winkeltjes-huisjes
sieren de straten. Maar het is er druk, druk en dus ongelofelijk
veel getromp. Dat Tansen niet teveel toeristen ontvangt, bemerken
we aan het ontbreken van terrasjes en restaurants die naam waardig.
We worden er bekeken van kop tot teen. Het geheel valt ons tegen
en is eigenlijk geen speciaal bezoek waard, tenzij je er passeert
op weg naar ergens anders. Omdat hier nog recentelijk maoïsten
aanvallen geweest zijn, is het leger paraat en zien we verschillende
mitrailleurposten.
We rijden 's namiddags terug naar Pokhara want morgen begint deel
twee van de reis: Kathmandou en zijn vallei.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? De Nepalezen bestaan uit verschillende
etnische groepen waarvan de Sherpas de meest bekende is voor
ons. Ook de Newaris zijn een bekende groep die vooral in de
Middelleeuwen de macht hadden maar nu ongeveer een kleine 10%
van de bevolking uitmaken. Tansen was de hoofdstad van hun gebied.
Het zijn ondernemende mensen.
Dag 13 -----Donderdag 22 mei-----
Pokhara (884 m) - Kathmandou (1337 m)
In
een laatste stuiptrekking om een onbelemmerd en panoramisch zicht
te hebben op een rits Himalaya-pieken, charter ik een zonsopgang-autotocht
naar Sarangkot. Maar Tjeefken gelooft er niet meer in en
blijft in bed. Ik sta op om 4u30 en een kwartier later rijden
we naar Sarangkot, een heuvel aan de rand van Pokhara. Ik geloof
mijn ogen niet: onderweg massa's volk op de been, de jongeren
aan het joggen, de ouderen aan het wandelen. 'Every day morning
walk', beaamt de chauffeur. Een halfuur later sta ik met minstens
100 andere goedgelovigen op de top van Sarangkot. Ik blijf er
een uur maar op geen enkel moment geven de wolken vrij zicht.
Ik ben er aan voor de moeite, ik zie niets, nada, niente, nootses.
Op de terugtocht naar beneden zie ik honderden soldaten in rijen
per drie lopen (trainen) door de straten van Pokhara met rugzak
en geweer. Amai!
Het is inmiddels 7u en tijd om de bus te nemen naar Kathmandou.
Na het Beni busdebacle (dag 3) besluiten we om de iets confortabere
toeristenbus te nemen. We vertrekken stipt om 7u30. We rijden
net als gisteren op hobbelige, kronkelende wegen door de Trisuli
vallei. Waar in Vlaanderen vlak de norm is, zijn door rivieren
uitgesleten valleien de norm in Nepal. De valleiwanden worden
voor elke vierkante meter bewerkt. De rijstterrassen zijn niet
bij te houden maar naast rijst worden ook mais en zelfs aardappelen
geteeld. We rijden een dikke 6 u tot aan de voorsteden van Kathmandou
en dan nog eens 2 u door het onmogelijke verkeer in Kathmandou
tot aan de busstand. Dus 8 u busplezier voor een dikke 200 km.
We
nemen een taxi naar ons hotel (Blue Horizon) in de wijk Thamel,
waar we bekomen van de trip. Daarna smijten we ons in Thamel,
de meest toeristische wijk van 't stad. Het gekrioel, getoeter,
gebedel en geleur is van een andere orde. In geen enkele stad
op deze aardkloot heb ik al iets dergelijks meegemaakt. We ontmoeten
per toeval het Duits koppel. Hun energie is bijna op en morgen
ontvluchten ze deze stad. Hier moet je werkelijk de knop omdraaien.
'S avonds nemen we een riksja (fietstaxi) naar het Via
Via café, een keten van Belgische trekkersrestaurants.
Ze hebben er geen Duvel, maar wel Humo's.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Er zijn ook Nepalezen met slechte
bedoelingen en daarom zijn reisgidsen nuttig want die leggen
de trucs uit. Twee van die trucs-met-kwade-bedoelingen ondervinden
we al meteen in Thamel. De truc met de melk: een moeder
met baby op de arm vraagt om melk te kopen voor haar kind. Toevallig
staat ze rechtover een supermarktje waar ze u de melk verkopen
aan een veel te hoge prijs. Je geeft de melk en achter uw rug
geeft de mama de melk terug aan het supermarktje en strijkt
een commissie op.
· Tijdens het eetmaal in het Via Via Café komen
ze kaarsen zetten op de tafels. Hoe romantisch denken we, maar
2 minuten later valt de electriciteit uit. Navraag leert ons
dat per wijk de electriciteit 3 uur uitvalt en dit elke dag
volgens een vast uurschema.
· Aan zowel de taxichauffeur die ons naar het hotel voert
als de riksja-man die ons naar het restaurant fietst, moeten
wijzelf (!) - met de Lonely Planet in de hand - tonen waar ze
ons naartoe moeten brengen
De omgekeerde wereld.
Klagen
dat je soms moet wachten aan de naftepomp. Kijk hier dan
eens ...
Of
klagen dat je soms in de file moet staan. Kijk hier dan eens ...
Dag 14----- Vrijdag 23 mei -----Kathmandou
(KTM), Durbar Square
Vandaag
beslissen we over de mountainbike tochten en met wie we in zee
gaan. We willen een lokale gids mee op onze tocht om ons eerst
uit 't stad te loodsen en om daarna de beste en rustigste wegen
te kiezen. We proberen Nepal Mountain Bike Tours uit en op het
moment dat we moeten beslissen, komt toch wel de gids aangereden
zeker, die we op dag 9 (op weg naar Muktinath) ontmoet hebben
tesamen met die Limburgse mountainbikers!! We herkennen elkaar
en meteen is de deal beklonken. Hij zal met ons de tochten rijden.
Het zijn zo van die toevalligheden in het leven die onbegrijpelijk
zijn maar toch gebeuren. Voorzienigheid?
Daarna
en nadat de regen gestopt is, doen we de stadswandeling
uit de Lonely Planet. Allé eigenlijk ga je niet wandelen,
ge smijt u in t'stad en ge draait de knop om. Vanuit Thamel
gaan we naar de oude stad met zijn veel te nauwe straten en dan
slenteren we verder naar de centrale plaats: Durbar Square.
Daar zien we een concentratie van Hindoe tempels in pagodestijl
en andere godsdienst-toestanden zoals schrijnen (foto links).
De gebouwen dateren van de 16e - 18e eeuw en je ziet het eraan.
Daarna wandelen we in Freak Street, in de jaren zestig
dè plek van de toeristen èn van de hippies. Nu is
Freak Street een doodgewone straat geworden die de concurrentie
met Thamel niet overleefd heeft.
Maar naast de architectuur van Durbar Square is het evenzo interessant
om de Nepalezen te bekijken en te zien hoe de stad leeft.
De stad is mythisch en een aantrekkingspool voor veel backpackers
en andere avonturiers. Aan twee eigenschappen kan je niet voorbij:
mensenzeeën en getoeter. Ik kan niet begrijpen waar de mensen,
de brommers en de auto's blijven vandaan komen. Zebrapaden moeten
hier nog uitgevonden worden. Dus de straat oversteken doe je zomaar
niet, enkel liefst daar waar Nepalezen ze oversteken om hen een
beetje als schild te gebruiken. Er is constante verkeersopstopping
en de Nepalees denkt dan: hoe harder ik tromp, hoe vlugger de
file opgelost wordt. En het strafste is dat we in deze heksenketel
geen enkele aanrijding gezien hebben tussen riksjas, fietsers,
brommers, auto's, taxis en voetgangers. In dit mensenkluwen plus
het constant mouwgetrek van bedelaars, verkopers en 'do you smoke?'-dealers,
stijgen onvermijdelijk onze stressniveaus en moeten we een aantal
malen langs de kant op een (dak)terras, eventjes weg uit de straten.
S'avonds na het eten belanden we in een café, The Bakery,
waar doofstommen de dienst uitmaken. Het is wennen als de garçon
'vraagt' om te noteren in zijn boekje wat je wenst te drinken.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Er zijn ook Nepalezen met slechte
bedoelingen. De truc met de rode vlek. Mannen komen op
u af met hun vinger in een rode pot verf en vragen of ze een
rode vlek op uw voorhoofd mogen zetten. Het brengt geluk zeggen
ze. Bij de minste aarzeling of ja-knik, plaatsen ze de vlek
en vragen er u schandelijk veel geld voor.
· Ik vermoed dat er in Nepal een wet gestemd is die bewoning
op het gelijkvloers verbiedt, maar verplicht er een zaak te
openen. Gans Kathmandou lijkt een aaneenschakeling van winkels
en je vraagt je af of die mensen daarvan kunnen leven. Veel
volk die passeert, weinig volk in de winkels.
Dag 15 -----Zaterdag 24 mei-----
Mountainbiketrip: Scar Road
Wat
is het belachelijkst: Thamel dwarsen in koerstenue tot aan het
afgesproken vertrekpunt of - in de zon - met het regenvestje erboven?
We kiezen voor het tweede. Even na 8u vertrekken we met zijn vieren
(Rajeev, de gids, Tyler, een student uit de VS en wij) op de afgesproken
plaats voor een klassieker uit de streek: de Scar Road Mountainbiketrip.
De
beste tip van deze vakantie kwam van Tjeefken die aandrong om
een gids in te huren tijdens onze geplande MBT's. Rajeev bewijst
al zijn goudwaarde door ons de stad uit te gidsen alhoewel het
verkeer op zaterdag amper de helft is dan tijdens de week. We
slagen erin de Ring rond Kathmandou over te steken en beginnen
nu een 24 km klim naar Kakani. De verharde baan (zij noemen
dit 'blackroad') is vrij rustig, het hellings% doenbaar (6%) en
we hebben veel lommerte van het Nagarjun Forest, waar we dwars
doorheen rijden. Eenmaal uit het bos, kronkelt het hobbelige baantje
zich langs de valleiwand naar omhoog, langs de eindeloze rijstterrassen.
De laatste 4 km naar Kakani zijn steil (9%) en hier verschieten
we, na 20 km klimmen in de benen, ons poer. Bovengekomen
is de eerste rustpauze een feit en meer dan welkom. Van hieruit
zou je prachtige Himalaya zichten kunnen bewonderen, maar de wolken
zijn weeral present. Het leger heeft hier ook een standplaats
met uitkijktorens en checkpoints.
Vanuit Kakani klimmen we 4 km verder, door het Shivapuri Nationaal
Park (250 rps inkom). Dit wordt het hardste deel van de dag.
Het bospad is zeer smal, steil en technisch, waardoor we meerdere
malen van de fiets moeten om hem naar omhoog te duwen of hem over
een riviertje te dragen. Na hard labeur, en einde adem, bereiken
we het hoogste punt van de dag: 2500 m (KTM ligt op 1337 m). Vanaf
nu
is het alleen maar dalen. Het dalend stuk langs het bospad is
echt een stuk waar je focus optimaal moet zijn. Rotsen, stenen,
takken, riviertjes en bloedzuigers trachten u een loer te draaien.
Tjeefken is even onoplettend en blafte, hij ligt op de
grond. Niets ergs op het eerste zicht. Tijd om in de vallei te
kijken is er niet, daarvoor moet je stoppen. We komen uit op een
4WD baan die er slecht bij ligt.
Ondertussen hebben we een sandwich met kaas en groenten in ons
leize gespeeld. We volgen het vuile 4WD spoor en bevinden
ons nog steeds in het Shivapuri NP. Van hieruit hebben we prachtige
zichten op de KTM-vallei en op KTM zelf. Tot het 4WD spoor overgaat
in blackroad (verharde weg). Wat een verademing. Nu halen we snelheid
want de baan gaat steil naar beneden. STOOOOP roept de gids vooraan.
Alle remmen dicht want net na een bocht is, midden de afdaling,
een slagboom dicht. Het leger controleert onze ingangsticketten.
We dalen verder tot in Budhanilkantha, een dorp 15 km van
KTM. Daar is een klein tempelcomplex gebouwd rond de Slapende
Vishnu (Vishnu is één van de drie Hindoe goden).
We bezoeken het complex en het is er druk wegens talrijke Hindoe-volgelingen,
die allemaal ode brengen aan hun slapende God, een in steen uitgehouwen
slapende reus. Daarna dalen we verder tot in KTM en na 70km en
6 uur rijden, landen we terug op onze startplaats. De rit heeft
heel wat energie en zweet van ons gevergd. This is the real stuff.
Elk nen Everest (65 cl) op een dakterras in Thamel moet ons vochtpeil
terug naar boven brengen. We slaan aan de klap met een Zwitsers
koppel die per moto door Azië trekt de komende 6 maanden.
Ze zijn gestart in Goa, Indië. Het zijn zij die ons vertellen
dat het helse Kathmandou klein bier is vergeleken met de Indiase
steden, meteen een reden voor Tjeefken om Indië nooit te
bezoeken. 65 cl bier na een zware inspanning doet ons besluiten
om ons door een riksja naar het hotel te laten voeren.
S'avonds eten we uitgebreid pepersteak en chinese schotel voor
3,85 €, drank inbegrepen. We gaan daarna naar een
paar cafés met live muziek.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Het zijn spijtig genoeg ook
straatkinderen die buiten op karton op de stoep slapen, bedelen
en soms dreigen. We moeten ze alle dagen passeren op onze korte
weg van het hotel naar Thamel centrum. Ik schat ze 5 tot 15
jaar. Ze roken allemaal.
· Moesten we met ons Flandriaatjes van Chop een
paar van dergelijke MBT's doen, dan zijn ze rijp voor de schroothoop,
denk ik. Het materiaal ziet enorm af.
Dag 16----- Zondag 25 mei-----
Kathmandou, Patan
Vandaag
staat Patan op het menu, een stad die grenst aan KTM aan de andere
zijde van de Bagmati rivier. Vooraf hebben we gedacht dit met
de fiets te doen, maar de verkeersdrukte doet ons besluiten een
taxi te nemen. De rit naar het 5 km verder gelegen Patan
illustreert nogmaals dat verkeersregels hier onbestaande zijn.
Er zijn zo goed als geen verkeerslichten (zouden tot niets dienen),
de voornaamste kruispunten zijn bemand met verkeersagenten.
We ontdekken verder en doen daarvoor beroep op een door de toeristische
dienst van Patan uitgekiende stadswandeling: de Patan Tour.
De toer brengt ons langs zijstraten en doorheen getunnelde (overdekte)
doorgangen naar rustige binnenpleinen. Werkelijk overal staan
kleinere tempels, stupas en schrijnen wat de indruk geeft dat
de stad een openluchtmuseum is. Het eindpunt is Durbar Square
of de centrale plaats. Hier staat de grootste concentratie tempels
van het land. We bezoeken ook het Patan Museum. We lezen
en horen daar zoveel goeds van, dat we bijna verplicht zijn een
bezoekje te brengen. Maar als notoire niet-museum gangers, mondt
dit ook uit in een verplicht nummer. We zien veel beeldjes en
tekeningen van de verschillende Goden.
BRANDSTOFSCHAARSTE IN NEPAL
Er
is brandstofschaarste in Nepal. Er zou een soort van conflict
zijn met Indië over de prijs en de toevoer is gedeeltelijk
afgesloten. Eén liter nafte kost 80 rps of 80
eurocent, wat zeer duur is gezien de levensstandaard van het
land. Op de zwarte markt wordt het dubbele betaald. En we
merken de schaarste:
- Kilometers
rijen auto's en brommers staan aan te schuiven aan de benzinepompen.
Werkelijk ganse straten zijn ingepalmd door aanschuivende
auto's. En als de pomp leeg is, wordt er gewoon gewacht
tot wanneer de tankwagen komt. Iedereen krijgt 10 l per
tankbeurt.
- De
onderhandelingen tussen klanten en taxichauffeurs zijn op
het scherp van de snee want telkens weer komt de brandstofprijs
en de schaarste ter sprake om hun prijs te verechtvaardigen.
En hoe kom jij aan benzine, vraag ik onze taxichauffeur
op weg naar Patan. Wel ik schuif vanavond aan en tegen morgenvoormiddag
zal ik hopelijk aan de pomp staan en dan is er hopelijk
nog brandstof over, antwoordt de man. Slaap je dan in de
wagen? Ja, antwoordt hij.
Maar hoe hels moet de drukte dan wel zijn als al die honderden
auto's en brommers, die nu staan aan te schuiven, mee in het
verkeer belanden, vraag ik me af.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Er zijn leidingswerken bezig
in Thamel. De meeste grondwerken zijn gedaan en de putten gedicht,
behalve één put! DE PUT is er al vanaf onze eerste
dag en wel op het druktste kruispunt van de wijk. Hij is zo'n
2 m3 groot en diep en natuurlijk niet gesignaliseerd. Hoe het
komt dat er nog geen riksjas, autos, fietsers of voetgangers
in gereden/gevallen zijn, is ons een raadsel. Elke dag passeren
we DE PUT, maar de werkzaamheden vorderen moeizaam.
Dag 17 -----Maandag 26 mei
-----Kathmandou
Vandaag
is de dag teveel in KTM. De MBT is één dag uitgesteld
wegens de val van Lieven eergisteren en de extra dag rust die
hij daardoor nodig heeft. We lijden ook aan tempelitis:
we hebben onze buik vol van tempels. En ook Thamel heeft geen
geheimen meer voor ons. Bij zoverre dat de verkopers van de winkelkes
ons herkennen en ons niet meer lastig vallen om te kopen. Ze denken
van: t'es toch gien avance.
We slapen voor de eerste keer uit maar dat lukt ons niet echt.
We zijn volledig ingesteld op het ritme van vroeg slapen en vroeg
opstaan. En ondanks onze escapade van gisterenavond - tot half
elf (!) naar een live band geluisterd - zijn we vroeg wakker.
Trouwens het uitgangsleven in KTM stopt zowat rond elf uur s'avonds:
live bands stoppen, cafés sluiten.
Deze
morgen bezoeken we de Garden of Dreams, een oase van rust
in deze vroegere koninklijke tuinen, weg van het gekke straatgedoe.
We eten er de beste (en duurste) appeltaart tot nu toe.
S'namiddags charteren we een taxi die ons naar Swayambhunath
(monkey temple) brengt. Deze Boeddhistische stupa ligt net buiten
KTM op een heuveltop. De stupa is een witte halve bol met een
toren erop en versierd met veel vlaggetjes. Er staan ook pagodes
rond (Hindoeïsme). Overal en dus ook hier lopen de Boeddhistische
en de Hindoeïstische bouwwerken door elkaar. Apen zorgen
er voor de animatie en je bent er maar beter op je hoede. Zo verschiet
een Indische vrouw zich een aap, toen een aap op haar sprong en
haar ijscrème meegraaide. Vanaf deze heuveltop is er een
indrukwekkend zicht op Kathmandou (foto links). Een student
wijst ons voor 50 rps aan waar de voornaamste gebouwen en kenmerken
zijn van de stad.
Het is heet vandaag en dus verzijlen we alrap in onze stamcafé
voor nen Everest van 65 cl.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Ze hebben soms de neiging om
het Engels fonetisch neer te schrijven wat wijze fouten
oplevert. Spair parts ipv spare parts; roomcharch ipv roomcharge;
mulsi ipv muesli; tonite ipv tonight, kwality ipv quality, dinning
ipv dining.
· Er is gewerkt in DE PUT: er is een kooi in gemetst,
waarschijnlijk als vergaarbak voor afval- of regenwater.
Dag 18 -----Dinsdag 27 mei
Dag 1: Kathmandou (1337 m) - Dhulikhel (1550 m) - Namobuddha
(1700 m)
Vandaag
start de tweedaagse mountainbike trip. Vandaag rijden we
60 km tot in Namobuddha. Maar eer we daar geraken
KTM
buiten geraken op een werkdag is het wapen van het recht van de
sterkste hanteren. De voetganger is de zwakste, de openbare bus
de sterkste. Alles daartussen doet zijn uiterste best om vooruit
te komen, wij ook. Armgezwaai, 'het gat induiken', uw recht afdwingen,
'tuut tuut' roepen en tegelijkertijd heilig verklaarde koeien
ontwijken evenals slapende honden temidden de straat heeft meer
dan uw volle aandacht nodig. Toch bots ik twee keer met mijn pedaal
tegen de kuiten van een voetganger. Bij ons steken ze daarvoor
de middenvinger omhoog, hier krijgt ge een glimlacht terug.
Alrap brengt de gids ons weg van de drukte en we rijden langs
de rijstvelden, op de richels ervan en door rivieren. We blijven
binnenbanen volgen tot Bhaktapur, waar we rond de stad
rijden (zoniet 750 rps ingang).
En nu volgt de ellende: een 4 km klim naar Nala op onverhard
terrein. Je moet weten dat in Nepal off-road een andere dimensie
heeft dan bij ons. De weg is bezaaid met keien en stenen wat maakt
dat je telkens weer moet manoevreren en de minst slechte strook
moet zoeken. Deze klim is steil waardoor we constant op onze
32 rijden achteraan en vooraan op het binnenblad (3 bladen).
Boven op de top is er terug een legerbasis met uitkijkpost. We
zijn duud en een been af.
We dalen naar Banepi en verder Dhulikhel en beginnen terug
te klimmen op tarmacbaan richting Namobuddha. Na een paar km's
slaat de gids rechtsaf en dan begint een 6 km lange klim op Nepalese
off-road naar ons einddoel. 'Fucking road', sneert Tjeefken in
zijn beste engels. En boven zijn me were duud en een tweede
been af. Bij al dit afzien vergeten we bijna te vertellen
dat we door een prachtig decor rijden met overal heuvels, rijstterrassen
en bergrivieren. Zoals al eerder gezegd is dit eigenlijk de norm
in Nepal. Door dorpjes rijden is plezant want de kinderen zien
ons als een welgekomen afleiding. De 'Namastes' vliegen ons rond
de oren.
Namobuddha,
bereikt na 5 u fietsen, is een heilige stad voor de Boeddhisten
want de legende wil dat Buddah hier herboren is (Namo = nieuw).
Het dorp wordt volledig ingepalmd door een enorm Boeddhistenklooster
(foto links). Omdat het enige hotel gesloten is, klopt
onze gids aan bij het klooster. We mogen in de gastenkamers logeren
op voorwaarde dat we meeëten wat de pot schaft. Geen probleem
en we worden geleid van de ene kant van het domein naar de andere
kant, tientallen monnikenblikken op ons gericht, langsheen de
klas-, gebedslokalen en via hun slaapzalen naar onze gastenkamer:
4 op 2 m, 2 bedjes and that's it. WC en douche 20 m verderop.
Warm water?, vraag ik en broeder overste die ons rondleidt,
hoort het donderen in Keulen, allé pakt wa dichter, in
Dehli.
'S avonds eten we met de monniken noedelsoep met groenten, en
daarna naar ons Spartaans slaapkamertje. En toch had ik dit verblijf
voor geen geld van de wereld willen missen. Al die jonge kerels
(tussen 12 en 30 jaar) die jaren van hun leven opofferen voor
gebed en meditatie: hoed af.
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Op 1 juni 2001 gebeurde één
van Nepal's grootste tragedies. Op een familiebijeenkomst van
het Koninklijk gezin, schoot een dronken kroonprins 9 leden
dood met een mitrailleur, inlcusief zijn ouders, de Koning en
de Koningin. Daarna pleegde hij zelfmoord. De aanleiding zou
een afgekeurde liefde geweest zijn door zijn ouders.
Dag 19 -----Woensdag 28 mei
Dag 2: Namobuddha - Panauti - Back Road to Kathmandou
We
eten bij de monniken ons slechtste ontbijt in jaren: Tibetaanse
thee (soort botermelk met zout), brood (soort mastieken bol) en
een straf, ondrinkbare watersoep met groenten. Als we terug in
de kamer komen, plunderen we onze voorraad repen.
Na afscheid aan onze vrienden de monniken en aan broeder overste
rijden we terug naar Kathmandou via Panauti. In Panauti
rijden we langs een rivier waar we 2 crematies zien: de dode wordt
in een bed van houten takken in brand gestoken en de familie treurt
vanaf de oever. Toch een beetje vreemd schouwspel voor ons Westerlingen.
Vanuit Panauti rijden we naar KTM via de verlaten en legendarische
Back Door Road (30 km) dwars door een heuvellandschap (de
Lakuri Bhanjyang heuvels). De eerste 5 km zijn geasfalteerd, waarvan
de helft minstens 15% klimt (een soort langgerekte koppenberg)
en we constant op onzen 30 rijden achteraan. Als
we dit stuk ongeluk voorbij zijn, start de echte miserie: 10 km
klimmen off-road. Het is gelukkig een minder steile klim, maar
de stenen en keien veranderen uw gat in een pijnlijke vleesmassa.
De weg is geen zigzag of spiraalbaan maar slingert zich van de
ene heuvel naar de andere. We rijden steeds dieper in de heuvels.
De weg versmalt en verruwt. Het is hier zeer verlaten. Na 2 uur
bereiken we de top van de Lakuri-heuvel waar we, op het hoogste
punt, eten op het balkon van een onverwacht sjiek restaurant met
een fenomenaal uitzicht op de Kathmandou Vallei. Minpunt is de
warmtemist die er hangt en aan de einder wolken waardoor we het
zicht op de Annapurnas ontnomen worden (weeral). En ja, en ook
hier is een legerbasis. We passeren een bemande mitrailleurpost.
Vanaf hier is het downhill. Het wordt een adrenaline afdaling
waarbij het kleinste beentje in je lijf wordt losgetrild. Waarvoor
je 2 u bergop nodig hebt, haspel je nu af in 15 min tot in de
bewoonde wereld, het dorpje Lubbhu. Nog onder de indruk van de
afdaling, beseffen we pas achteraf dat ze in dit dorpje het groot
bord 'Happy New Year' nog niet opgeborgen hebben. Amper 5 km verder
rijden we via de achterdeur Kathmandou binnen. Het materiaal moet
enorm afzien in zo'n afdaling.
Er is bijna geen verkeer in KTM. Zijn we wel juist, richten we
ons naar Rajeev? Maar 5 min later weten we waarom. We rijden in
de staart van een grote demonstratie van de maoïsten.
We zien een rode vlaggenzee (vlag met sikkel en hamer) tot zover
ons oog reikt. De oproerpolitie in volledige uitrusting zien we
in de zijstraten staan. Uitgerekend vandaag wordt het koningshuis
omver geworpen. De Koning krijgt 15 dagen de tijd om zijn paleis
te verlaten. We marcheren een half uur mee met de betoging, fiets
aan de hand. En onwillekeurig wordt je meegezogen in de euforie
van die mensen. Een kippevelmoment.
.JPG)
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? Het zijn zij die vandaag de
Monarchie naar de geschiedenis hebben verwezen: leve de Republiek.
De macht is nu aan de maoïsten (communisten) na 240 jaar
lang corrupt bestuur van koningsgezinden. Dit volk koos voor
radicale verandering. Het gaat hen goed.
RAJEEV RAI
Dat
is de naam van onze mountainbikegids. Hij is afkomstig van
de provincie West-Terai, dicht bij de Chinese grens. Zijn
uiterlijk kan niet loochenen dat hij Mongoolse roots heeft.
Zijn familienaam verraadt zijn afkomst/kaste: de Rai. Hij
vertelt dat elke kaste haar eigen taal en cultuur heeft. De
verschillende kasten/etnische groepen begrijpen elkaar niet,
maar spreken de nationale taal tegen elkaar. Zijn ouders zonden
hem en zijn broers en zus naar school in Kathmandou op 14-jarige
leeftijd. Hij is nu 20 jr en sindsdien heeft hij hen nog niet
teruggezien. Hij werkt als gids bij Nepal Mountainbike Tours
en heeft geen vakantie en geen tijd om de verplaatsing te
maken naar zijn ouders. 'I phone them from time to time',
zegt hij.
We hebben hem per toeval ontmoet op dag 9 (tijdens trek naar
Muktinath) en terug per toeval in KTM tijdens het boeken van
onze MBT's. Toeval op toeval; zo gaat dat in 't leven.
Hij is een talentvol mountainbike rijder en doet mee aan alle
(internationale) wedstrijden in Nepal. Hij behoort tot de
beste van het land. Als ik zijn tijden hoor, weet ik het wel:
1u04 minuten op de klim tot in Kakani (1e deel Scar Rd - dag
15). Dat is gemiddeld 25 km/u. Hij leeft van zijn gidsinkomen
èn van het prijzengeld verbonden aan de wedstrijden.
'I want become famous', voegt hij eraan toe, gevolgd door
zijn typisch lachje. Misschien lukt het hem wel want hij staat
op de cover van het juni nummer van een bekend Nepalees magazine:
Alfresco. In een interview wil de reporter hem als schoolvoorbeeld
opvoeren voor zijn generatiegenoten.
Zijn uiteindelijk levensdoel is genoeg geld verdienen om zijn
ouders te laten overkomen naar Kathmandou. Hopelijk lukt hij
daarin. Veel succes toegewenst, Rajeev!
Dag 20 -----Donderdag 29 mei-----
Kathmandou - New Dehli
We
zijn niet veel van zeg deze morgen. Het is onze laatste dag in
dit mooi land. Ik schrijf wat aan mijn verslag, we maken onze
rugzak klaar. We lunchen in 'The Bakery', waar de doofstommen
ons voor de laatste maal bedienen.
Het is vandaag feest in Kathmandou, met betogingen/dansen aan
het Koninklijk Paleis: waarschijnlijk aan het verifieren of de
Koning wel degelijk zijn valiezen pakt. Onze taxirit naar het
vliegveld ondervindt geen hinder. 's Namiddags om 15u45 vliegen
we terug naar New Dehli, Indië. De bagagecontrole is ongemeen
streng. Tot driemaal toe, inclusief de laatste maal halverwege
de trap om in het vliegtuig te stappen. We landen 1 ½ uur
later in Dehli waar we exact dezelfde in-transit-procedure moeten
volgen als bij het heengaan (zie kaders dag 1 en 2). Deze keer
moeten we zo'n 9 uur wachten in het stomme in-transit lokaal want
onze nachtvlucht naar Zaventem vertrekt
Sprokkels:
· Wie zijn de Nepalezen? De Republiek Nepal, dag 1.
· DE PUT is toegesmeten inclusief een nieuw laagje tarmac
erover.
Dag 21----- Vrijdag 30 mei -----New
Dehli - Landegem
op het onmogelijke uur van 2u45, en landt 's morgens om 8u in
Zaventem (4u tijdsverschil bijtellen). Met de trein gaat het richting
Gent-St-Pieters waar Martine ons ophaalt.
Vakantie over. Op onzen buik: gien sanse.
KATERN
DE LEVENSDUURTE IN NEPAL
Softdrink:
25 eurocent
Bier (65 cl): 1,7 euro
Water (1 liter): 20 eurocent
Pasta eetmaal: 1,5 à 2 euro
Steak of Vis eetmaal: 2 à 2,5 euro
Daal Bhaat: 1,5 euro
Massage
(1 uur - Full Body!): 7 euro
Haar knippen en baard scheren: 1 euro
Hotelovernachting (double, met bad): 15 euro
Guest House overnachting op Jomsom trek (double met douche): 3
euro
Taxi met chauffeur voor een uitstap van een ganse dag: 50 euro
Alles
is zo spotgoedkoop dat Tjeefken er ons constant aan herinnert
dat ge'er niet keunt aan gekluut zijn'. Maar hoe hoger
je trekt (op Annapurna Circuit of Jomsom Trek), hoe duurder het
eten en de drinks. De prijzen in Kathmandou liggen nog iets lager
dan deze in Pokhara vanwege de harde concurrentie.
WAAROM ZICH ZORGEN MAKEN?
(vertaald
uit het engels: WHY WORRY? Gelezen in onze Lodge in Larjung, dag
6)
Er
zijn maar twee dingen om zich zorgen over te maken.
Of je bent gezond of je bent ziek.
Ben
je gezond, dan hoef je geen zorgen te maken.
Ben je ziek, dan zijn er maar twee dingen om zich zorgen over
te maken.
Of
je geneest of je sterft.
Genees je, dan hoef je geen zorgen te maken.
Sterf
je, dan zijn er maar twee dingen om zich zorgen over te maken
Of je gaat naar de hemel, of je gaat naar de hel
Ga
je naar de hemel, dan hoef je geen zorgen te maken
Ga je naar de hel, dan zal je het zo druk hebben met handenschudden
van oude vrienden,
dat je geen tijd zal hebben om je zorgen te maken.
|